Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

MSA SUPREMATouch Gebruiksaanwijzing pagina 193

Verberg thumbnails Zie ook voor SUPREMATouch:
Inhoudsopgave

Advertenties

De volgende regels zijn van toepassing op het nummeren van de ingangs- en uitgangskanalen:
MAI-modules/meetpunten:
De ingangsnummers worden permanent toegewezen aan de sleuven in het rek. Per MAI-module
kunnen acht ingangen worden aangesloten. Als de eerste MAI-module bijvoorbeeld in de zevende
sleuf van het eerste rek is geplaatst, krijgen de eerste 8 ingangen de nrs. 9-16.
MGO-modules/relaisstuuruitgangen:
De nummers van de relaisstuuruitgangen worden aan de MGO-module toegewezen. Iedere
MGO-module maakt 40 relaisstuuruitgangen beschikbaar. Dat wil zeggen dat ongeacht het sleuf-
nummer en reknummer de relaisstuuruitgangen van de eerste MGO-module de nrs. 1-40 krijgen,
die van de tweede MGO-module de nummer 41-80, enz.
MAO-module/analoge uitgangen:
De nummers van de analoge uitgangen worden permanent toegewezen. Per MAO-module zijn 8
analoge uitgangen beschikbaar. De toewijzing tussen de analoge uitgangsnummer en de
ingangsnummers kan geparametriseerd worden.
Fig. 128 Labelen van de sleuven in het eerste rek
Verbinding en aansluitklemmodules op het rek
Er is een vrij labelveld aanwezig voor de modules die achter in het rek zijn geplaatst (MRO 8-,
MAT- en MUT-modules).
Een mogelijk labelsysteem:
Toewijzing:
Voorzijde:
Sleuf 1
Sleuf 2-4
Sleuf 5-15
De volgende regels zijn van toepassing bij de toewijzing van de achteraansluitingen op de sleuf-
nummering aan de voorkant:
Rack: No. of the rack in which the module is installed.
1
/
3
Position: Position No. of the slot in the rack
1-8
Nos. of the connected inputs and outputs.
Fig. 129 Labelen van de aansluitingsmodules in het rek
Achterzijde:
MST-module
vrij
Positie 1-10
SUPREMATouch
Installatie
NL
193

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave