4.1.1
Menu ingangen en uitgangen
4.1.1.1
Masker meetpunten
In dit venster worden alle parameters weergegeven waarmee een sensoringang wordt
beschreven. Ingangsparameters kunnen hier weergegeven en gewijzigd worden.
Het venster Meetpunt is onderverdeeld in drie subvensters:
•
Informatie
•
Sensorgegevens
•
Alarmen
•
Eigenschappen
Fig. 15
Instellen meetpunten
In de volgende paragrafen worden de functies van de afzonderlijke venstervelden en knoppen
beschreven. De eerste velden die worden beschreven zijn gelijk in alle subvensters.
Alle parameterwijzigingen met de hieronder beschreven venstervelden zijn van toepas-
sing op de ingangen die geselecteerd zijn in dat veld.
Veld
Veldtype
Meetpunt
Selectieveld
Informatie,
sensorgege-
vens, alarmen
Knop
en eigen-
schappen
Functie
Lijst met alle geconfigureerde sensoringangen.
Als een ingang wordt weergegeven die nog niet is ingesteld,
worden de instellingen van de laatste ingangsinstelling gehand-
haafd of worden standaardwaarden gebruikt als de voorlopige
instellingen voor de invoer van bepaalde velden. Toegang tot dit
veld is mogelijk zonder sleutelschakelaar of wachtwoord als een
ingang wordt ingevuld waarvan de ingangsparameters al zijn
ingesteld. Als een getal wordt ingevoerd dat nog niet eerder is
gebruikt, is autorisatie door middel van een wachtwoord of sleu-
telschakelaar vereist.
Druk op deze knop om het corresponderende subvenster op te
roepen.
SUPREMATouch
Systeemparameters invoeren
NL
34