Inhoudsopgave
Advertenties
In bedrijf stellen
6.3
Aansluiting hydraulische turbine-aandrijving
Voor het gebruik van alle hydraulische functies inclusief de hydraulische turbine-aandrijving moet de
capaciteit van de hydraulische pomp van de tractor ten minste 80 l/min bij 150 bar bedragen.
Aansluitschema hydraulische turbine-aandrijving
Fig. 87/...
(A)
Machinegedeelte
(B)
Tractorgedeelte
(1)
Hydraulische motor voor turbine
N
= 4000 1/min.
max.
(2)
Filter
(3)
Enkel- of dubbelwerkende regeleenheid met
voorrang
(4)
Reservoir hydraulische olie
(5)
Toevoer:
drukleiding met voorrang
(markering: 1rood)
(6)
Retour:
drukloze leiding met
grote hydraulische koppeling
(markering rood T)
Voor een gelijkmatige turbine-aandrijving mag de stuwdruk in de retourleiding (rood T) niet meer
worden dan 10 bar. Sluit de hydraulische turbine-leidingen aan op uw tractor zoals wordt getoond in
het aansluitschema van de turbine-aandrijving:
De drukleiding (rood 1) van de hydraulische turbinemotor op een enkel- of dubbelwerkende
tractorregeleenheid met voorrang aansluiten.
De retourleiding (rood T) alleen aan op een drukloze tractoraansluiting met directe toegang tot
het reservoir met hydraulische olie aansluiten. Alleen de grote hydraulische koppeling met het
opschrift "T" mag worden aangesloten.
Wanneer uw tractor geen aansluitingen voor de hydraulische koppeling met het opschrift "T"
heeft, is installatie naderhand in een werkplaats noodzakelijk. Instelleer alleen leidingen DN 16,
bijv. Ø 20 x 2,0 mm. Let bij de installatie op een korte retourroute naar de hydraulische olietank.
De hydraulische olie mag niet te warm worden.
Grote oliestromen in verbinding met kleine olietanks leiden tot snelle opwarming van de
hydrauliekolie. De inhoud van het oliereservoir van de tractor dient minimaal twee keer zo groot
te zijn als de gepompte hoeveelheid olie. Bij te sterke opwarming van de hydrauliekolie moet bij
de dealer een oliekoeler worden ingebouwd.
96
Fig. 87
AD-P 30/35/4000 SPECIAL BAH0081-2 02.17
Advertenties
Inhoudsopgave
