8.4
Ventilatortoerental instellen
Fig. 159
De drukbegrenzingsklep van de turbine kan in twee uitvoeringen zijn ingebouwd
met ronde buitenvorm (Fig. 159/1)
met zeskant-buitenvorm (Fig. 160/1).
De instelling van het turbinetoerental is afhankelijk van de uitvoering van het drukbegrenzingsklep.
AD-P 30/35/4000 SPECIAL BAH0081-2 02.17
GEVAAR
Het maximale turbinetoerental mag niet hoger zijn dan
4000 1/min.
Het turbinetoerental verandert net zolang tot de hydrauliekolie op
bedrijfstemperatuur is gekomen.
Bij het in bedrijfstellen het turbinetoerental tot het bereiken van de
bedrijfstemperatuur voortdurend corrigeren.
Wanneer de turbine na langere tijd van stilstand opnieuw in bedrijf
wordt gesteld, wordt het ingestelde turbinetoerental pas bereikt
zodra de hydraulische olie op bedrijfstemperatuur is.
Fig. 160
Instellingen
133