12.5
Onderhoudsschema – overzicht
Voor het eerste gebruik
Hydraulische slangleidingen controleren en onderhouden.
Vakwerkplaats
De eigenaar dient deze inspectie te noteren.
Na de eerste 10 bedrijfsuren
Hydraulische slangleidingen controleren en onderhouden.
Vakwerkplaats
De eigenaar dient deze inspectie te noteren.
Controleer alle componenten van het hydraulische systeem
op lekkage
Vakwerkplaats
Alle schroefverbindingen op goede bevestiging controleren
Voor elke inbedrijfstelling (dagelijks)
Visuele controle van top- en trekstangpennen
Controleer de hydraulische slangleidingen aan de hand van
de inspectiecriteria
Controleer alle componenten van het hydraulische systeem
op lekkage
Repareer schuurplekken op hydraulische slangleidingen en
buizen.
Tijdens het werk
Controle van de verdeelkop en verwijdering van
verontreinigingen
Elk uur (bijv. bij het bijvullen van de zaaigoedtank)
Controle op en verwijdering van verontreinigingen:
doseerunit
zaadslangen
turbine-aanzuigbeschermrooster
Na het werk (dagelijks)
Zaaigoed-doseerunit leegmaken
Machine reinigen (indien nodig)
Turbineschoepen reinigen (gevaar voor onbalans verhelpen)
Elke 3 maanden (tenminste alle 500 draaiuren)
Hydraulische slangleidingen controleren en onderhouden. De
Vakwerkplaats
eigenaar dient deze inspectie te noteren.
AD-P 30/35/4000 SPECIAL BAH0081-2 02.17
Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn is
bereikt.
Tijdsintervallen, draai-uren van de motor en onderhoudsintervallen
van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben
voorrang op het onderhoudsschema.
Reiniging, onderhoud en reparatie
hfdst. 12.5.2
hfdst. 12.5.2
hfdst. 12.6
hfdst. 12.5.3
hfdst. 12.5.2
hfdst. 10.4.2
hfdst. 12.2
hfdst. 12.5.2
189