ACHTERLICHTEN EN ZIJLICHTEN: de lampen vervangen
Richtingaanwijzers,
achteruitrijlichten, mistlichten
en remlichten
Om het licht te demonteren, draait u de
schroeven 1 los.
De lampen staan onder druk
en kunnen openbarsten bij het
vervangen.
Verwondingsgevaar
5.18
1
Maak van buitenaf de lichten vrij door ze
naar achteren te trekken.
Demonteer de lamphouders 3 door de klem-
metjes 2 te ontgrendelen.
Bij het monteren
Ga bij het monteren te werk in omgekeerde
volgorde en let op dat de bedrading niet
wordt beschadigd en dat u de klemmetjes 2
van de lamphouder 3 vergrendelt.
(1/4)
2
2
3
2
4 Remlicht
5 Achteruitrijlicht
6 Controlelampje
7 Mistlicht
3
4
5
6
7
Lamptype 4: P21W of, afhankelijk van
de auto, PR21W.
Lamptype 5: W16W.
Lamptype 6: PY21W.
Lamptype 7: P21W.
Zorg dat u altijd een doos met reserve-
lampen en -zekeringen in de auto heeft,
deze is verkrijgbaar bij een merkdealer.