DODEHOEKWAARSCHUWING
A-systeem
(vervolg)
Bijzonderheid
Zorg ervoor dat de ultrasoonsensoren in
de bumpers niet zijn afgedekt (door vuil,
modder, sneeuw enz.).
Als een van de sensoren is afgedekt, ver-
schijnt het bericht Zijsensoren geen zicht.
Reinig de zones voor de ultrasoonsensoren.
2.46
(2/10)
1
3
Indicator 1
Op elke binnenspiegel 3 bevindt zich een in-
dicator 1.
Opmerking: reinig de binnenspiegels 3 re-
gelmatig zodat de indicatoren 1 zichtbaar
blijven.
C
C
Werking
De functie waarschuwt als er bij een rijsnel-
heid tussen ongeveer 30 en 130 km/u, een
ander voertuig in de dode hoek C zit en in
dezelfde richting rijdt als uw voertuig.
Als u een andere auto inhaalt, verschijnt het
controlelampje 1 alleen als die auto lang
genoeg aanwezig is in de dode hoek van uw
auto C.