GEREEDSCHAP
(2/2)
1
A
Bergplek A in de
gereedschapsset 1
Plaats het gereedschap terug in de behui-
zing en controleer of het geheel correct is
geplaatst (anders kan dit lawaai veroorza-
ken).
9
In de voetenruimte van de be-
stuurder mogen geen objec-
ten aanwezig zijn; bij plotseling
remmen kunnen deze onder de
pedalen terechtkomen en het gebruik
ervan hinderen.
Laat nooit gereedschap in de
auto rondslingeren. Dit is ge-
vaarlijk als u plotseling moet
remmen. Zorg dat alle gereed-
schap na gebruik correct in de steun en
de houder wordt geplaatst, bevestig de
riem 9 en zorg dat de toegangsklep van
de gereedschapsset goed is vergren-
deld.
Verwondingsgevaar
Als het reservewiel is geleverd met
bouten, mag u deze bouten uitsluitend
voor het reservewiel gebruiken.
Gebruik de krik alleen voor het verwisse-
len van een wiel. De krik mag nooit als
steun bij werkzaamheden onder de auto
worden gebruikt.
5.9