Inhoudsopgave
Advertenties
Voorzichtig
Als het apparaat langer dan 90 dagen wordt opgeslagen, moet de batterij worden verwijderd.
Steriliseer de defibrillator en de accessoires alleen als aangegeven is dat de betreffende
onderdelen steriliseerbaar zijn.
Dompel geen enkel onderdeel van de defibrillator onder in water.
Gebruik geen ketonen (zoals MEK of aceton) op de defibrillator.
Gebruik op het scherm geen materiaal dat krassen kan veroorzaken, zoals papieren doekjes.
Betrouwbare aarding is alleen mogelijk als de apparatuur wordt aangesloten op een stopcontact
dat voldoet aan de vereisten voor ziekenhuizen. Bij twijfel of het netsnoer of de
wandcontactdoos goed geaard is, dient u het apparaat uitsluitend op de batterij te laten werken.
Om het apparaat te beschermen tegen schade tijdens het defibrilleren, voor nauwkeurige
ECG-informatie en om te beschermen tegen ruis en andere interferentie, mogen uitsluitend
ECG-kabels met interne stroombegrenzing, zoals gespecificeerd of geleverd door ZOLL
worden gebruikt.
Gebruik voor voortdurende veiligheid en EMI-prestaties uitsluitend het door ZOLL geleverde
netsnoer.
Voer batterijen af volgens de landelijke, regionale en plaatselijke voorschriften. Batterijen
dienen te worden verzonden naar een recyclinginstallatie waar metaal- en
kunststofverbindingen worden teruggewonnen; dit is de juiste methode voor afvalverwerking.
De defibrillator opnieuw opstarten
Voor bepaalde procedures is het noodzakelijk dat de R Series-producten opnieuw worden
opgestart nadat deze zijn uitgeschakeld of niet langer functioneren (bijvoorbeeld als de
batterijen leeg zijn en het apparaat uitschakelt).
Ga in een dergelijk geval als volgt te werk om de defibrillator opnieuw te activeren:
1. Draai de kiezer op UIT.
Vervang indien nodig een lege batterij door een volledig opgeladen batterij of sluit de
2.
defibrillator aan op netvoeding.
Draai de kiezer naar de gewenste bedrijfsmodus om het apparaat opnieuw op te starten.
3.
Deze reeks handelingen is nodig om de defibrillator opnieuw op te starten, maar kan ook
worden toegepast om bepaalde foutberichten van het scherm te verwijderen wanneer het
apparaat onmiddellijk nodig is.
Als het apparaat opnieuw wordt opgestart na een uitschakelingsperiode van minimaal 10
seconden, herstelt het apparaat alle instellingen (zoals ECG-afleiding, ECG-grootte,
alarmstatus en - grenzen) in de standaardwaarden bij het opstarten. Na het herstellen van de
werking van het apparaat moet u mogelijk de vooraf ingestelde, niet-standaard instellingen
opnieuw instellen.
9650-0904-16 Rev. N
Bedieningshandleiding voor de R Series van ZOLL
Voorzichtig
1–21
Advertenties
Inhoudsopgave
