Bijlage A Specificaties
Bedieningselementen
voor opladen
Paddles
Automatische
defibrillatortest
Defibrillatieadvies
CPR-bewaking
Compressiediepte
Compressiewaarde
ECG-bewaking
Patiëntverbinding
Inputbeveiliging
Weergave pieken
geïmplanteerde
pacemaker:
Geïmplanteerde pulsen
gedetecteerd
A–4
LADEN-knop op het voorpaneel en de apexpaddle
Standaard apex-/sternumpaddles. De plaat voor volwassenen kan
worden weggeschoven, waardoor de kleinere plaat voor kinderen
vrijkomt.
Controleert het laden en ontladen van de defibrillator zonder dat
daarvoor de paddles uit de uitsparingen moeten worden genomen of
met OneStep-kabel aangesloten op de testpoort of de
OneStep-elektroden.
Evalueert elektrodeverbinding en ECG van patiënt om te bepalen of
defibrillatie is vereist.
Schokbare ritmen:
• Ventrikelfibrilleren (VF) met amplitude > 100 V
• Ventriculaire tachycardie, breed complex (VT) met frequenties van
meer dan 150 slagen per minuut (volwassenen) of 200 slagen per
minuut (kinderen).
Zie ook "Nauwkeurigheid van het algoritme voor ECG-analyse" op
pagina A-29 voor informatie over de gevoeligheid en specificiteit.
Volwassene:
1,9 tot 7,6 cm ± 0,6 cm
Pediatrisch:
1,0 tot 7,6 cm ± 0,6 cm
50 tot 150 compressies per minuut
3-afleidingenkabel, 5-afleidingenkabel, paddles of elektroden voor
handsfree-behandeling
Volledig defibrillatorbestendig. Een speciaal circuit voorkomt
verstoring van ECG door pacerpuls
Speciaal circuit detecteert de meeste stimulatieartefacten van een
geïmplanteerde pacemaker en biedt standaard weergavemarkeringen
van stimulatieartefacten op ECG-signaal.
±2 mV tot ±700 mV amplitude, 0,1 ms tot 2 ms breedte met een
opladingsconstante van 0 tot 100 ms.
Opmerking: De afwijzingsfunctie van de pacemakerpuls voor de R
Series met uitsluitend pacemakerpulsen omvat pulsen
tussen +/-2 mV en +/-700 mV amplitude, met breedtes
tussen 0,1 ms en 2 ms en pieken van 0 tot 100 ms.
De afwijzingsfunctie van de pacemakerpuls voor de R
Series met pacemakerpulsen en een normaal gepacete
QRS en T-golf omvat pulsen tussen +/-2 mV en +/-700
mV amplitude, met breedtes tussen 0,1 ms en 2 ms en
pieken van 0 tot 100 ms.
De afwijzingsfunctie van de pacemakerpuls voor de R
Series met pacemakerpulsen met een onvoldoende
gepacet QRS-patroon omvat pulsen tussen +/-2 mV en
+/-700 mV amplitude, met breedtes tussen 0,1 ms en 2
ms en pieken van 0 tot 100 ms.
De R Series is niet in staat opvolgende A-V
pacemakerpulsen af te wijzen.
www.zoll.com
9650-0904-16 Rev. N