Hoofdstuk 10 ECG-bewaking
Voorzichtig
ECG-elektroden die onderdeel uitmaken van de OneStep Pacing- en Complete-reanima-
tie-elektroden produceren niet-standaard ECG-bewakingsafleidingvectoren, aangeduid
als P1, P2 en P3. De ECG-signalen die worden verkregen van deze afleidingen zijn geschikt
voor ritmebeoordeling en het bepalen van de elektrische capture tijdens het pacen, maar
mogen niet worden gebruikt voor beoordeling van de ECG-morfologie. Plaats conventio-
nele ECG-elektroden voor diagnostiek.
Opmerking: Onder bepaalde klinische omstandigheden reageert het systeem van de R Series
Voorbereidingen
Voor hoogwaardige ECG-bewaking is het van essentieel belang dat de elektroden correct en op
de juiste plaats worden aangebracht. Als de elektrode goed contact maakt met de huid, blijven
bewegingsartefacten en signaalstoring tot een minimum beperkt. Verwijder alle kleding van de
borst van de patiënt. Droog de borstkas indien nodig. Als de patiënt veel borsthaar heeft, knipt
of scheert u dit af zodat de elektroden goed blijven zitten.
Plaatsing van de elektroden
Afhankelijk van lokaal geldende gebruiken worden de ECG-afleidingen aangeduid als RA, LA,
LL, RL en V of R, L, F, N en C. In onderstaande tabel zijn de markeringen en kleurcoderingen
voor de verschillende afleidingssets weergegeven.
IEC-kleurcodering AHA-kleurcodering Plaatsing elektroden
R/Rode elektrode
L/Gele elektrode
F/Groene elektrode LL/Rode elektrode
N/Zwarte* elektrode RL/Groene*
C/Witte* elektrode
* Wordt niet gebruikt voor 3-afleidingenbewaking.
10–2
voor het meten van de hartslag op smalle spikes met een hoge amplitude in het
ECG-signaal (bijvoorbeeld van 10 msec lang en met een piek-tot-piek amplitude
van 1 mV), waardoor de hartslag van de patiënt verkeerd wordt gemeten.
Gebruik geen hartslagmeter waarvan de ECG-golfvorm smalle spikes met een
hoge amplitude bevat. Als u twijfelt over de nauwkeurigheid van de
hartslagmeting, controleert u de hartslag van de patiënt via de pols.
RA/Witte elektrode
LA/Zwarte elektrode Aanbrengen vlakbij midclaviculaire lijn aan de
elektrode
V/Bruine* elektrode
www.zoll.com
Aanbrengen vlakbij midclaviculaire lijn aan de
rechterzijde van de patiënt, direct onder het
sleutelbeen.
linkerzijde van de patiënt, direct onder het sleutelbeen.
Aanbrengen tussen 6e en 7e intercostale ruimte op
midclaviculaire lijn aan de linkerzijde van de patiënt.
Aanbrengen tussen 6e en 7e intercostale ruimte op
midclaviculaire lijn aan de rechterzijde van de patiënt.
Enkele verplaatsbare borstelektrode.
9650-0904-16 Rev. N