Problemen oplossen
De externe flitser werkt altijd op vol vermogen.
Als u een andere flitser gebruikt dan een Speedlite uit de EX-serie,
werkt de flitser altijd op vol vermogen (pag. 260).
Wanneer de flitsvoorkeuze van de externe Speedlite [Flits
meetmethode] is ingesteld op [TTL-flitsmeting] (automatische flits),
werkt de flitser altijd op vol vermogen (pag. 271).
Voor de externe Speedlite kan geen flitsbelichtings-
compensatie worden ingesteld.
Als flitsbelichtingscompensatie al is ingesteld op de externe Speedlite, kan
flitsbelichtingscompensatie niet meer worden ingesteld op de camera. Wanneer de
flitsbelichtingscompensatie van de externe Speedlite wordt geannuleerd (ingesteld
op 0), kan de flitsbelichtingscompensatie van de camera weer worden ingesteld.
Snelle synchronisatie kan niet worden ingesteld in de modus <f>.
Stel bij [z1: Flitsbesturing] de optie [Flitssync.snelheid AV-
modus] in op [Auto] (pag. 263).
De camera maakt een beetje geluid wanneer deze wordt geschud.
Wanneer de interne onderdelen van de camera iets verplaatsen, kan
er een klein beetje geluid te horen zijn.
De sluiter maakt bij Live view-opnamen twee opnamegeluiden.
Als u de flitser gebruikt, maakt de sluiter bij iedere opname twee geluiden (pag. 287).
Tijdens Live view- of movie-opnamen wordt er een witte
of rode E weergegeven.
Dit geeft aan dat de interne temperatuur van de camera te hoog is. Als
het witte pictogram <
van foto's afnemen. Als het rode pictogram <E> wordt weergegeven,
geeft dit aan dat de Live view-opname of movie-opname binnen
afzienbare tijd automatisch wordt stopgezet (pag. 310 en 351).
502
> wordt weergegeven, kan de beeldkwaliteit