3 Het ISO-snelheidsbereik handmatig instellen
U kunt het ISO-snelheidsbereik handmatig instellen (er zijn minimum-
en maximumlimieten). U kunt de minimumlimiet tussen ISO 100 en H1
(gelijk aan ISO 25600) instellen en de maximumlimiet tussen ISO 200
en H2 (gelijk aan ISO 51200).
Selecteer [ISO-snelheidsinst.].
1
Selecteer op het tabblad [z2] [ISO-
snelheidsinst.] en druk vervolgens
op <0>.
Selecteer [ISO-snelh.bereik].
2
Stel de minimumlimiet in.
3
Selecteer het vak voor de
minimumlimiet en druk vervolgens op
<0>.
Selecteer de ISO-snelheid en druk op
<0>.
Stel de maximumlimiet in.
4
Selecteer het vak voor de
maximumlimiet en druk vervolgens
op <0>.
Selecteer de ISO-snelheid en druk op
<0>.
Selecteer [OK].
5
i: de ISO-snelheid instellenN
157