Bij de instelling [Standaard] voor afdrukeffecten en andere opties
worden de standaardinstellingen van de printer gebruikt zoals deze door
de fabrikant zijn ingesteld. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de
printer voor de [Standaard]-instellingen.
Afhankelijk van de bestandsgrootte en de opnamekwaliteit kan het even
duren voordat het afdrukken begint nadat u [Print] hebt geselecteerd.
Als kantelcorrectie (pag. 419) op de opname is toegepast, duurt het
langer voordat de opname wordt afgedrukt.
Als u het afdrukken wilt beëindigen, drukt u op <
weergegeven. Vervolgens selecteert u [OK].
Als u [54: Wis alle camera-instellingen] (pag. 70) uitvoert, worden de
standaardinstellingen hersteld.
Stel het afdrukken van de datum
5
en het bestandsnummer in.
Stel ze indien nodig in.
Selecteer <
<0>.
Stel de afdrukinstellingen naar wens
in en druk vervolgens op <0>.
Stel het aantal exemplaren in.
6
Stel de zomertijd in als dit nodig is.
Selecteer <
<0>.
Stel het aantal exemplaren in en druk
vervolgens op <0>.
Begin met afdrukken.
7
Selecteer [Print] en druk vervolgens
op <0>.
w Afdrukken
> en druk vervolgens op
I
> en druk vervolgens op
R
> terwijl [Stop] wordt
0
417