3 Kaart selecteren voor opname en weergave
CF- of SD-kaart selecteren voor opname en weergave
Indien [Opn.functie] is ingesteld op [Standaard] of [Auto.
kaartwissel], selecteert u de kaart voor de opname en weergave van
opnamen.
Indien [Opn.functie] is ingesteld op [Apart opslaan] of [Opsl. nr
meerdere], selecteert u de kaart voor de weergave van opnamen.
Standaard/Auto. kaartwissel
Apart opslaan/Opsl. nr meerdere
148
Selecteer [Opn./weerg.].
Selecteer [Opn./weerg.] en druk op
<0>.
f : Opnamen op de CF-kaart
opslaan en weergeven.
: Opnamen op de SD-kaart
g
opslaan en weergeven.
Selecteer de kaart en druk
vervolgens op <0>.
Selecteer [Weergave].
Selecteer [Weergave] en druk
vervolgens op <0>.
f : De opnamen op de CF-kaart
weergeven.
g
: De opnamen op de SD-kaart
weergeven.
Selecteer de kaart en druk
vervolgens op <0>.