uuDe schakelaars rondom het stuurwiel bedienenuHelderheidsregeling
Helderheidsregeling
Knop
(
+
a
Knop
b
(
-
206
De helderheid van de meter wordt automatisch
aangepast, afhankelijk van de hoeveelheid
omgevingslicht.
•
De helderheid wordt donkerder wanneer er
weinig omgevingslicht is.
•
De helderheid wordt helderder wanneer er veel
omgevingslicht is.
■
De helderheid handmatig aanpassen
(
+
(
-
U kunt de knop
of
gebruiken om de
helderheid van het instrumentenpaneel aan te
passen.
(
+
Helderder: Druk op de knop
.
(
-
Dimmen: Druk op de knop
.
u
U kunt de instelling zelfs wijzigen als er veel
omgevingslicht is, maar de helderheid van de
meter verandert niet.
■
Controlelampje helderheidsniveau
Het helderheidsniveau wordt tijdens het afstellen
aangegeven op het display.
1Helderheidsregeling
Enkele seconden nadat u de helderheid hebt ingesteld, gaat
u terug naar het vorige scherm.