Bericht
•
Verschijnt als u op de knop POWER drukt terwijl het
voertuig in beweging is.
•
Wordt weergegeven wanneer het stuurwiel is vergrendeld.
•
Verschijnt als u de knop POWER indrukt om het
voedingssysteem uit te schakelen, zonder de schakelhendel
(
P
in de stand
•
Verschijnt wanneer de temperatuur van het
voedingssysteem te hoog is.
•
Verschijnt wanneer de temperatuur van de
hoogspanningsaccu laag is.
•
Verschijnt als het voedingssysteem in de diagnosemodus is.
uuControlelampjesuWaarschuwings- en informatiemeldingen op interface voor bestuurdersinformatie
Conditie
.
Uitleg
Voedingssysteem uit in geval van nood
2
•
Beweeg het stuurwiel naar links en rechts terwijl u de knop
POWER indrukt.
•
Zet de schakelhendel in de stand
tweemaal op de knop POWER.
•
Uw voertuig heeft minder vermogen om te accelereren en het
kan moeilijker zijn om op een helling te starten.
•
Parkeer op een veilige plek en laat het systeem afkoelen.
Oververhitting
2
BLZ. 614
•
Uw voertuig heeft minder vermogen om te accelereren en het
kan moeilijker zijn om op een helling te starten.
•
Gaat uit zodra u gaat rijden terwijl de hoogspanningsaccu
wordt opgewarmd.
•
U merkt mogelijk een afname van het beschikbare vermogen.
Laat het voertuig door een dealer controleren.
•
Als gevolg van een diagnose gaat het controlelampje van het
voedingssysteem mogelijk branden.
Controlelampje voedingssysteem
2
BLZ. 609
(
P
, druk vervolgens
BLZ. 109
WORDT VERVOLGD
129