Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

11.2

Manometer

Een regelmatige verdeling van het zaaigoed over alle
kouters is afhankelijk van het juiste turbinetoerental of van
de juiste luchtdoorstroming in de injectiesluis. Op de
manometer (Fig. 11.7/1) wordt de stuwdruk in de injec-
tiesluis aangegeven. De manometer is op een mondstuk
(Fig. 11.8/1) aangesloten die in een boorgat in de injec-
tiesluis is bevestigd.
De stuwdruk moet, afhankelijk van het uit te brengen
zaaizaad tussen 25 en 35 mbar en tussen 35 en 45 mbar
liggen. Neen uit de tabel (hfdst. 20, Fig. 20.2) de vereiste
stuwdruk over.
Het bereik (Fig. 11.9/1) tussen 25 en 35 mbar is op de
schaalverdeling van de manometer lichtgroen gekleurd.
Het bereik (Fig. 11.9/2) tussen 35 en 45 mbar is op de
schaalverdeling van de manometer met donkergroen aan-
gegeven.
Alle overige gebieden zijn met rood aangegeven.
F
Bevindt de manometer zich in het rode
gebied (Fig. 11.9/3), dan kan een
gelijkmatige verdeling van het zaaigoed
worden beïnvloed. In het rode gebied (Fig.
11.9/4) kan het turbinetoerental kan het
maximale toerental van 3800 t/min worden
overschreden.
F
Door het mondstuk (Fig. 11.8/1) schoon te
maken kan worden voorkomen dat de
weergave van de manometer van de nor-
male waarden afwijkt.
Fig. 11.7
1
Fig. 11.8
2
1
3
Fig. 11.9
11 - 3
1
14t060
14t061
4
14e061
AD-P B 123 06.02

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave