Inhoudsopgave
Advertenties
50.4
Rollenkettingen controleren
De zaaiorganen van de zaaimachine worden o.a. door
rollenkettingen aangedreven. Na het einde van het seizo-
en of voor een langere stilstand van de machine de
rollenkettingen met olie invetten. Kettingbescherming van
te voren verwijderen en erna weer bevestigen.
!
In de Figuren 50.3 en 50.4 is de ketting
beschermkap
zaaimachine alleen met gemonteerde
beschermkap in bedrijfstellen.
Allen AD-P met bandenpakkerwals
De rollenketting (Fig. 50.3/1) naar de tweebereiksaandrijf-
kast wordt automatisch door een kettingspanner (Fig.
50.3/2) gespannen.
alleen AD-P met tandenpakker- of V-ringwals
De rollenketting (Fig. 50.4/1) van de zwenkbare aandrijving
van het stapwiel naar de tweebereiksaandrijfkast wordt
automatisch door een (Fig. 50.4/2) gespannen.
De rollenketting (Fig. 50.5/1) in de zwenkbare aandrijving
wordt eveneens automatisch door een kettingspanner
(Fig. 50.5/2) gespannen.
niet
afgebeeld.
Fig. 50.5
De
Fig 50.3
2
Fig. 50.4
2
50 - 3
2
1
1
1
AD-P B 123-2 06.02
Advertenties
Inhoudsopgave
