Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Stand van de achterste arm van het
hefplatform midden onder het desbe‐
treffende krikpunt op de auto.
Stand van de voorste arm van het
hefplatform midden onder het desbe‐
treffende krikpunt op de auto.

Reservewiel

Het reservewiel kan afhankelijk van
de uitvoering en de landelijke bepa‐
lingen ook als compact reservewiel
(thuiskomer) worden aangemerkt. In
het gegeven geval geldt een
bepaalde snelheidslimiet, ook staat
iets dergelijks niet aangegeven op het
label op het reservewiel.
Slechts één compact reservewiel
monteren. Niet sneller rijden dan
80 km/u. In bochten langzaam rijden.
Niet langdurig gebruiken.
Voorzichtig
Is het gemonteerde reservewiel
kleiner dan de andere wielen of
wordt het gebruikt in combinatie
met winterbanden, dan kunnen de
rijeigenschappen negatief worden
beïnvloed. Defecte band zo spoe‐
dig mogelijk laten vervangen.
Het reservewiel ligt in de bagage‐
ruimte onder de vloerplaat.
Verzorging van de auto
Verwijderen:
1. Open de vloerplaat 3 60.
2. Het compacte reservewiel zit vast
met een vleugelmoer. Draai de
moer los en verwijder het reser‐
vewiel.
3. Wanneer er na het verwisselen
van een wiel geen wiel in de reser‐
vewielkuip wordt geplaatst, haal
dan de vleugelmoer aan en sluit
de vloerafdekking.
4. Leg, nadat het volwaardige wiel
weer is teruggeplaatst, het
compacte reservewiel in de
uitsparing en zet het vast met de
vleugelmoer.
De toegestane maximumsnelheid op
het label op het tijdelijke reservewiel
geldt alleen voor de bandenmaat af
fabriek.
Reservewiel monteren
De onderstaande voorbereidingen
treffen en de instructies opvolgen:
● Auto op een vlakke, stevige en
slipvrije ondergrond parkeren.
Voorwielen in de rechtuitstand
draaien.
233

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave