Belangrijke informatie over het
opladen van de auto met een
draagbaar oplaadapparaat
● Het opladen van een elektrisch
voertuig kan het elektrische
systeem van een gebouw meer
belasten dan bij een gewoon
huishoudelijk apparaat.
● Laat het elektrische systeem
(wandcontactdoos, bekabeling,
aansluitingen en beveiligingen)
voordat u de auto op een wand‐
contactdoos aansluit door een
deskundige monteur inspecteren
en controleren op geschiktheid
voor zwaar gebruik bij een conti‐
nue belasting van 10 A.
● Bij normaal gebruik en mettertijd
kunnen stopcontacten versleten
of beschadigd raken. In dat geval
zijn ze niet geschikt voor het
opladen van een elektrisch voer‐
tuig.
● Controleer de contactdoos/de
stekker tijdens het opladen en
stop met het gebruik ervan als de
contactdoos/de stekker heet is
en laat het stopcontact door een
deskundige monteur nakijken.
● Sluit een voertuig in de open
lucht aan op een stopcontact dat
bij gebruik weersbestendig is.
● Ontlast de oplaadkabel voor zo
min mogelijk druk op het stop‐
contact / de stekker.
Mode 3 oplaadkabel
1. Autostekker
2. Stekker voor wallbox/AC-oplaad‐
paal
Rijden en bediening
Mode 3 oplaadkabels worden
gebruikt voor het opladen via wall‐
boxes en AC-oplaadpalen. Een mode
3 oplaadkabel is voorzien van een
autostekker en een stekker voor de
wallbox/AC-oplaadpaal. Wallboxes/
AC-oplaadpalen zijn wellicht voorzien
van een geïntegreerde mode 3
oplaadkabel. Raadpleeg voor meer
informatie over de mode 3 oplaadka‐
bel de handleiding van de fabrikant
van de oplaadkabel.
Opladen
9 Waarschuwing
Personen met een pacemaker of
soortgelijke apparaten moeten
een arts raadplegen voor moge‐
lijke voorzorgsmaatregelen.
Blijf bij twijfel tijdens het opladen
niet in of in de buurt van de auto,
nabij de oplaadkabel of de oplaad‐
module.
195