Noodsituaties
WAT TE DOEN IN EEN NOODGEVAL TIJDENS HET RIJDEN
Als de motor afslaat tijdens het
rijden
Laat de auto geleidelijk uitrollen en
blijf daarbij rechtuit rijden. Probeer de
auto op een veilige plaats tot stilstand
te brengen.
Schakel de alarmknipperlichten in.
Probeer nogmaals de motor te starten.
We adviseren u contact op te nemen
met een officiële HYUNDAI-dealer als
de motor niet start.
Als de motor afslaat op een
kruispunt of splitsing.
Zet de selectiehendel in stand N (neutraal)
en duw de auto naar een veilige plaats
als de motor afslaat op een kruising of
splitsing. Verlies hierbij de veiligheid niet
uit het oog.
8-4
Als u tijdens het rijden een lekke
band krijgt
Als tijdens het rijden een band leegloopt:
Laat het gaspedaal los en verminder
vaart terwijl u rechtuit blijft rijden. Trap
niet direct het rempedaal in en probeer
ook niet direct naar de kant van de weg
te sturen, omdat u hierdoor de controle
over de auto zou kunnen verliezen en
een ongeval zou kunnen veroorzaken.
Rem voorzichtig zodra de snelheid zo
laag is dat u dat veilig kunt doen en zet
de auto aan de kant van de weg. Zet
de auto zoveel mogelijk aan de kant
van de weg en parkeer op een stevige,
vlakke ondergrond. Parkeer niet in de
middenberm als u op een snelweg rijdt
met gescheiden rijbanen.
Druk, als de auto tot stilstand is geko-
men, de toets van de alarmknipperlich-
ten in, zet de selectiehendel in stand P
(parkeren, bij een auto met automati-
sche transmissie/Double clutch-trans-
missie) of neutraal (bij een auto met
handgeschakelde
activeer de parkeerrem en zet het con-
tact in stand LOCK/OFF.
Laat alle inzittenden uitstappen. Laat
iedereen uitstappen aan die zijde van
de auto die van het langsrijdende
verkeer afgewend is.
Volg bij het vervangen van een lekke
band de aanwijzingen in dit hoofdstuk.
versnellingsbak),