Handige functies van uw auto
VERLICHTING
Exterieurverlichting
Bediening verlichting
Draai, om de verlichting te bedienen, de
knop op het uiteinde van de combischa-
kelaar naar een van de volgende standen:
(1) OFF (O) stand
(2) Stand automatische verlichting
(indien van toepassing)
(3) Parkeerlicht (Stand)
(4) Stand koplampen
5-36
OPDE046065
Als de lichtschakelaar in stand AUTO
staat, worden het parkeerlicht (positie)
en de koplampen automatisch in- of
uitgeschakeld,
donker het buiten is.
Zelfs met de AUTO lichtfunctie in wer-
king, is het raadzaam om de verlichting
handmatig in te schakelen bij het rijden 's
nachts of in mist, of wanneer u donkere
gebieden inrijdt, zoals tunnels en par-
keerfaciliteiten.
AANWIJZING
Bedek of mors niets op de sensor (1)
op het dashboard.
Reinig de sensor niet met een
ruitenreiniger. Deze laat een dunne
laag achter op de sensor, waardoor
deze niet meer goed werkt.
Als de voorruit van uw auto getint glas
heeft of is voorzien van een coating,
functioneert
verlichting mogelijk niet goed.
OBC3050029
afhankelijk
van
hoe
de
AUTOMATISCHE