Controleer de Hold Pedal Polarity parameter instelling (p.147).
V
Het geluid wordt afgekapt als ik in de Patch mode van
Patch verander.
V
Hoewel een grote variëteit aan multi-effecten met de multi-
effecten van de JUNO-STAGE toegepast kunnen worden,
wordt bij het veranderen van Patches ook het type multi-
effect dat wordt gebruikt veranderd.
In dat soort gevallen kunnen tegenstrijdigheden tussen het geluid
dat geproduceerd wordt, en het type multi-effect optreden,
hetgeen kan resulteren in geluiden die anders zijn dan bedoeld,
dus geluiden die geproduceerd worden als er van Patch wordt
veranderd kunnen gedempt worden wanneer de
fabrieksinstellingen in werking zijn. In bepaalde situaties,
bijvoorbeeld als er geen multi-effecten worden gebruikt die van
grote invloed op het geluid zijn, kan het instellen van de Patch
Remain parameter (p.146) op 'ON' maken dat u van Patch kunt
veranderen zonder dat geluiden gedempt worden.
V
Bij het veranderen van Patches in de Patch mode worden
het volume en andere parameters, die met Control
Changes worden ingesteld, opnieuw ingesteld.
A
Stel de Patch Remain parameter (p.146) op 'ON' in. Zelfs als er
van Patch is veranderd, worden ontvangen Control Change
berichten uitgevoerd, dus zelfs als er van Patch veranderd wordt
waarvan het niveau door een Control Change bericht helemaal
laag is gedraaid, zal het niveau onveranderd blijven.
V
Als de Tone delay tijdwaarde op de noot is ingesteld,
verandert de delay tijd dan niet boven een vaststaande
lengte als het tempo wordt verlaagd?
A
Er is een maximale toegestane waarde voor de Tone Delay Time
parameter (p.111). Als de tijd instelling dus door middel van een
nootwaarde is gespecificeerd, en het tempo wordt verlaagd, zal
deze maximale toegestane waarde bereikt worden, en kan niet
verder toenemen. De hoogte limiet voor elk is de maximale
waarde die ingesteld kan worden, behalve de numeriek waarde
voor de beat.
V
Zelfs als ik de pan van een Patch geheel op één kant
instel, komt er nog steeds geluid van het andere kanaal.
A
de interne effecten van de JUNO-STAGE zijn in stereo, dus als u
effecten op een Patch heeft toegepast, zelfs als de Pan geheel op
één kant is ingesteld, zult u nog steeds geluiden van het effect
component van het andere kanaal horen.
V
Soms, als er legato wordt gespeeld, wil de toonhoogte
niet stijgen.
A
Als de Legato Switch parameter (p.101) op 'OFF' staat, en u
toetsen in het hoge register ingedrukt houdt om legato te spelen,
kan de hoogste toonhoogte limiet van de golf overschreden
worden, zodat de toonhoogte niet zo ver stijgt als u verwacht,
maar op een bepaald punt stopt met stijgen.
Bovendien, als verschillende hoge limieten voor de golven van
een Patch die meerder tones gebruikt worden gebruikt, kan deze
mogelijk in MONO niet langer hoorbaar zijn. Als u grote
veranderingen in toonhoogte maakt, stelt u de Legato Retrigger
parameter op 'ON'.
V
De noten klinken vreemd in de hoge registers van het
toetsenbord.
A
Als de toetsen in het hoge gebied van het toetsenbord worden
gespeeld, kan het geluid soms stoppen of de toonhoogte kan
stoppen met stijgen. Bij bepaalde toetsen kan er een
intermitterende ruis optreden. Dit gebeurt hoofdzakelijk als de
hoogste toonhoogte limiet van de JUNO-STAGE wordt
overschreden, dus dit probleem doet zich niet voor in reeksen die
normaalgesproken worden gebruikt.
In elk geval duidt dit niet op een storing.
V
Hoewel dezelfde Patch is geselecteerd, klinkt deze anders
als ik deze in de Performance beluister.
A
In de Performance mode kunnen de parameters van elk Part van
de Performance de parameters verder wijzigen, zoals pan,
octave, filter, relatief aan de instellingen die door de Patch zijn
ingesteld. Daarom kunnen Patches in een Performance anders
klinken dan deze in de Patch mode doen.
Bovendien, hoewel een Patch tones kan bevatten die met gebruik
van multi-effecten zijn gecreëerd, kunnen de multi-effecten in de
Performance anders zijn dan de multi-effecten die door de Patch
zijn geselecteerd. Controleer de multi-effect instellingen van de
Performance. Doe hetzelfde voor de Chorus en Reverb
instellingen.
Problemen met betrekking tot effecten
V
Effecten worden niet toegepast.
A
Controleer de volgende punten.
• Kan de effectschakelaar zijn uitgezet?
In het EFFECT SWITCH venster controleert u de aan/uit status
van elk effect (p.79).
• Zijn de verscheidene effectinstellingen correct? (p.80, p.82).
• Als het zendniveau van elk effect op 0 is ingesteld, zal het effect
niet toegepast worden. Controleer de instellingen.
• Zelfs als de zendniveaus naar elk effect op 0 zijn ingesteld,
worden effecten niet toegepast als de Multi-effects Output Level,
het Chorus Level of Reverb Level op 0 is ingesteld. Controleer
elke instelling.
V
De modulatie of andere controller is altijd aan.
A
Controleer de Matrix Controller instellingen (p.110).
Met de JUNO-STAGE kan Matrix Control gebruikt worden om
Patches in Real Time te besturen. De Matrix Control functioneert
als de regelingsbron voor de Control Change en andere MIDI
berichten die door de JUNO-STAGE worden ontvangen, en
maakt veranderingen in de verscheidene Patch parameters,
gebaseerd op deze berichten.
Afhankelijk van deze instellingen kan de JUNO-STAGE reageren
op MIDI berichten die vanaf externe MIDI apparaten worden
Probleemoplossing
159