Het aantal stemmen dat wordt gebruikt berekenen
De JUNO-STAGE kan maximaal 128 noten gelijktijdig spelen. De polyfonie of het aantal stemmen (geluiden), refereert niet alleen aan het
aantal geluiden dat feitelijk gespeeld wordt, maar verandert volgens het aantal tones dat in de Patches wordt gebruikt, en het aantal golven
(Waves) dat in de tones wordt gebruikt. De volgende methode wordt gebruikt om het aantal geluiden dat voor één gespeelde Patch wordt
gebruikt te berekenen.
(aantal gespeelde geluiden) x (Aantal tones die door gespeelde Patches worden gebruikt) x (Aantal Waves dat in de tones wordt gebruikt)
Realtime Stretch vereist twee keer de standaard polyfonie.
[PAGE ↓] - [5 (KEY MOD)]
Parameter
Waarde
MONO,
Mono/Poly
POLY, PAT
OFF, ON,
Legato
PAT
OFF, ON,
Portament
PAT
0–127,
Time
PAT
[PAGE ↓] - [6 (S.TUNE)]
Parameter
Waarde
Part Scale Tune for
-64–+63
C–B
Gelijkzwevende stemming
Deze stemming verdeelt het octaaf in 12 gelijke delen, en is de
meest gebruikte stemmingsmethode in de Westerse muziek. De
JUNO-STAGE gebruikt de gelijkzwevende stemming als de Scale
Tune Switch op 'OFF' is ingesteld.
Just Intonatie (Tonica C)
In vergelijking met de gelijkzwevende stemming klinken de hoofd
drieklanken in deze stemming rein. Dit effect wordt echter alleen in
één toonsoort bereikt, en de drieklanken worden onduidelijk als u
transponeert.
Arabische stemming
In deze stemming zijn E en B een kwart noot lager, en C#, F#, en
G# een kwartnoot hoger, vergeleken met de gelijkzwevende
stemming. De intervallen tussen G en B, C en E, F en G#, en Eb en
F# hebben een natuurlijk terts interval tussen een majeur terts en
een mineur terts. Op de JUNO-STAGE kan de Arabische stemming
in de drie toonsoorten G, C, en F worden gebruikt.
Hoofdstuk 10. Gedetailleerde bewerking voor Performances
Uitleg
Zet deze parameter op 'MONO' als de aan het Part toegewezen Patch mono gespeeld moet worden of op 'POLY'
als de Patch polyfoon gespeeld moet worden. Als u de Mono/Poly instelling van de Patch die aan het Part is
toegewezen wilt gebruiken (p.101), zet u dit op 'PART'.
* Deze instelling wordt genegeerde bij Parts waaraan een ritmeset is toegewezen.
U kunt legato toevoegen als er in mono wordt gespeeld. De term 'legato' verwijst naar een speelstijl waarbij noten
vloeiend worden verbonden om een doorlopend gevoel te creëren. Dit creëert een vloeiende overgang tussen noten,
hetgeen effectief is als u de 'hammering-on' en 'pulling-off' technieken die door een gitarist worden gebruikt wilt
simuleren.
Zet deze parameter op 'ON' als u de Legato optie wilt gebruiken, en op 'OFF' als u dat niet wilt.
Als u de Legato Switch instelling van de Patch die aan het Part is toegewezen wilt gebruiken (p.101), zet u dit op 'PAT'.
* Deze instelling wordt genegeerd bij Parts, waaraan een ritmeset is toegewezen.
Specificeer of Portamento toegepast zal worden.
Zet deze parameter op 'ON' als u Portamento wilt toepassen, en op 'OFF' als u dat niet wilt.
Als u de Portamento Switch instelling van de Patch die aan het Part is toegewezen wilt gebruiken (p.101), zet u dit
op 'PAT'
Als Portamento wordt gebruikt, specificeert dit de tijd, waarbinnen de toonhoogte zal veranderen.
Hogere instellingen maken dat de verandering in toonhoogte naar de volgende noot langer duurt. Als u de
Portamento Switch instelling van de Patch die aan het Part is toegewezen wilt gebruiken (p.101), zet u dit op 'PAT'.
Uitleg
Maak Scale Tune instellingen voor elk Part.
Scale Tune wordt door middel van de Scale Tune parameter (p.146) aan of uitgezet.
<Voorbeeld>
Gelijk-
Noot naam
zwevende
stemming
C
0
0
C
D
0
0
E
E
0
F
0
0
F
G
0
0
G
A
0
0
B
B
0
Arabische
Just intonatie
stemming
0
-6
-8
+45
+4
-2
+16
-12
-14
-51
-2
-8
-10
+43
+2
-4
+14
+47
-16
0
+14
-10
-12
-49
143