284
VERZORGING VAN DE AUTO
Als stoom uit de motor-
ruimte komt
Waarschuwing
U kunt ernstige verbrandingen
oplopen door de stoom van een
oververhitte motor, zelfs als u
alleen de motorkap opent. Blijf uit
de buurt van de motor als u stoom
ziet of hoort ontsnappen. Schakel
alleen de motor uit en zorg ervoor
dat iedereen uit de buurt blijft
totdat deze is afgekoeld. Wacht tot
geen stoom of koelvloeistof meer
wordt waargenomen, voordat u de
motorkap opent.
Als u met een oververhitte motor
blijft rijden, kunnen de motorvloei-
stoffen in brand vliegen. Voor uzelf
en anderen bestaat dan gevaar voor
ernstige verbrandingen. Stop de
motor als deze oververhit raakt en
blijf uit de auto totdat de motor is
afgekoeld.
Als stoom uit de motorruimte
komt zonder waarschuwing
voor oververhitting (alleen
V-serie)
Het motorkaprooster werkt dusdanig,
dat bijvoorbeeld regenwater of water
van wasstraten in de motorruimte kan
dringen en op hete vlakken terecht
kan komen. Als er stoom uit het
motorkaprooster komt zonder dat er
een waarschuwing voor oververhitting
wordt gegeven, is geen verdere actie
vereist.
Als geen stoom uit de motor-
ruimte komt
Wanneer een waarschuwing voor een
oververhitte motor wordt weerge-
geven, maar er is geen stoom zicht-
baar of hoorbaar, is het probleem
wellicht niet al te ernstig. Soms kan
de motor iets te warm worden als
de auto:
Op een warme dag lange tijd
heuvelopwaarts moet rijden.
Stopt nadat met hoge snelheid is
gereden.
Lange tijd stationair draait in het
verkeer.
Indien de waarschuwing voor overver-
hitting verschijnt, zonder dat stoom
wordt waargenomen:
1. Schakel de airconditioning uit.
2. Schakel de verwarming in op de
hoogste temperatuur en de
hoogste aanjagersnelheid. Open
zo nodig de ruiten.
3. Verlaat de weg indien de veilig-
heid dit toelaat, schakel naar P
(Park) of N (Neutraal) en laat de
motor stationair draaien.
De waarschuwing voor oververhitting
wordt niet meer weergegeven en er
kan met de auto worden gereden. Rijd
dan gedurende ongeveer 10 minuten
langzaam met de auto. Bewaar een
veilige afstand tot de voorligger. Als de
waarschuwing niet opnieuw verschijnt,
blijf dan normaal rijden en laat
controleren of het koelsysteem correct
is gevuld en naar behoren werkt.
Indien de waarschuwing terugkeert,
moet u onmiddellijk naar de kant
gaan, stoppen en de auto parkeren.