Inhoudsopgave
Advertenties
wijzing van het kinderzitje wat
betreft het gebruik van de
bovenste bevestigingsband. Zie
ISOFIX-kinderzitjes 0 99.
6. Zorg dat het kinderzitje stevig
vastzit voordat u er een kind in
zet. Kijk of het kinderzitje goed
vastzit door het alle kanten op te
duwen en te trekken.
Om het kinderzitje te verwijderen,
neemt u de veiligheidsgordel los laat u
deze terugrollen. Koppel de bovenste
bevestigingsband (Top Tether) los,
indien deze is vastgezet op de veran-
kering voor de bovenste bevesti-
gingsband.
Kinderzitjes vastzetten
(Met veiligheidsgordel in
voorstoel)
Deze auto heeft airbags. Het is veiliger
om een voorwaarts gericht kinderzitje
op de achterbank te zekeren. Zie Waar
wordt het kinderzitje geplaatst 0 95.
Daarnaast heeft de auto een passa-
giersdetectiesysteem, dat de
frontairbag en de knieairbag van de
buitenste voorpassagier onder
bepaalde omstandigheden moet
uitschakelen. Zie Passagiersdetectiesys-
teem 0 83 en Waarschuwingslampje
status airbag passagierszijde 0 128.
Waarschuwing
NOOIT een naar achteren gericht
kinderzitje gebruiken op een stoel
die door een ACTIEVE AIRBAG
ervóór wordt beschermd; het KIND
kan DODELIJK of ERNSTIG LETSEL
oplopen.
Gevaar
Bij gebruik van een kinderveilig-
heidssysteem op de stoel voor de
voorpassagier moeten de airbagsys-
temen voor de voorpassagier
worden gedeactiveerd; zo niet, dan
vormt het activeren van de airbags
een risico van dodelijk letsel voor
het kind.
STOELEN EN VEILIGHEIDSSYSTEMEN
Gevaar
(Vervolg)
Dit geldt vooral wanneer u achter-
waarts gerichte kinderveiligheids-
systemen op de passagiersstoel
gebruikt.
Als het kinderzitje gebruik maakt van
een bovenste bevestigingsband (Top
Tether): zie ISOFIX-kinderzitjes 0 99
voor de locaties van de verankeringen
voor de bovenste bevestigingsbanden.
Zet het kinderzitje niet zonder
bovenste bevestigingsband met veran-
kering vast wanneer de wet
voorschrijft dat de bovenste bevesti-
gingsband moet zijn vastgezet of
wanneer de gebruiksaanwijzing van
101
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
