Verbindingsinstellingen wijzigen of verwijderen
Instellingen die op de camera zijn opgeslagen, kunt u wijzigen en
verwijderen. Als u verbindingsinstellingen wilt wijzigen of verwijderen,
verbreekt u eerst de Wi-Fi-verbinding.
1
Selecteer [Wi-Fi-functie].
Selecteer [Wi-Fi-functie] op
z
het scherm [Inst. draadloze
communicatie].
2
Selecteer een item.
Als het scherm links verschijnt, druk
z
dan op de toetsen < Y > < Z > om van
scherm te wisselen.
Selecteer op het scherm links
z
het onderdeel waarvoor de
verbindingsinstellingen veranderd of
verwijderd moeten worden.
3
Selecteer [Apparaatgegevens
bewerken].
4
Selecteer een apparaat.
Selecteer het apparaat waarvoor de
z
verbindingsinstellingen gewijzigd of
verwijderd moeten worden.
513