De weergavesnelheid selecteren voor
continue opnames met hoge snelheid N
Weergave met hoge snelheid die wisselt tussen uw opname en het
live-beeld is beschikbaar bij opnemen met een RF-objectief, met [ 2 1:
AF-werking] ingesteld op [Servo AF], en met de transportmodus
ingesteld op < o > [Hoge snelheid]. De weergave reageert vlotter
zodat het gemakkelijker is om snelbewegende onderwerpen te volgen.
Beelden kunnen golven of flikkeren tijdens weergave met hoge snelheid.
o
Dat treedt vaker op bij hoge sluitertijden. Maar dit heeft geen invloed op
de resultaten.
Weergave bij hoge snelheid wordt niet uitgevoerd onder de volgende
o
omstandigheden: Het kan ook stoppen terwijl u opneemt.
• Een langere sluitertijd dan 1/30 sec, diafragmawaarde
groter dan f/11, omstandigheden waarbij automatische
scherpstelling moeilijk is, flitsen, en ISO-uitbreiding.
[Inschakelen] is beschikbaar als aan al deze condities voldaan wordt.
• Met een RF-objectief, [AF-werking] ingesteld op [Servo AF]
(pag. 262), transportbediening ingesteld op [Hoge snelheid]
(pag. 144), [Antiknipperopname] ingesteld op [Uitschakelen]
(pag. 115), [Bel.simulatie] ingesteld op [Inschakelen] (pag. 120)
1
Selecteer [z6:
Hogesnelheidsweergave].
2
Selecteer een item.
Selecteer [Insch.] voor de weergave
z
die wisselt tussen elke continue
opname en het live-beeld.
149