WIELEN EN BANDEN
Reservewiel*
Het reservewiel is te gebruiken voor vervanging
van een standaardwiel met een lekke band.
Het reservewiel ligt in een opbergzak die tijdens
het rijden met twee banden aan de vloer van de
bagageruimte is bevestigd. De rugleuningen van
de derde zitrij moeten dan neergeklapt zijn.
De banden moeten kruiselings over het wiel wor-
den gespannen en in de vier verankeringsogen
van de auto worden vastgezet.
Controleer regelmatig de bandenspanning, ook
van het reservewiel.
Gereedschap voor het verwisselen van wielen
vindt u onder de vloer in de bagageruimte, zie het
artikel "Gereedschapsset".
540
Gerelateerde informatie
•
Wielen demonteren (p. 536)
•
Wiel monteren (p. 538)
•
Gereedschapsset (p. 541)
•
Krik* (p. 543)
Winterwielen
Winterwielen zijn aangepast voor winterse
omstandigheden.
Volvo adviseert winterbanden met bepaalde
afmetingen. De bandenmaat is afhankelijk van de
motorvariant. Gebruik altijd het juiste type winter-
banden op alle vier de wielen.
N.B.
Informeer bij een Volvo-dealer naar de
geschiktste velgen en banden.
Tips bij het monteren van winterbanden
Noteer bij het vervangen van de zomerbanden
door winterbanden of andersom op de banden
aan welke kant ze zaten: bijvoorbeeld L voor links,
R voor rechts.
Banden met "spikes"
Winterbanden met "spikes" moeten de eerste
500–1000 km rustig worden ingereden, zodat de
"spikes" hun positie in kunnen nemen. Zo gaan
de banden en vooral de "spikes" langer mee.
N.B.
De wettelijke voorschriften voor het gebruik
van banden met spikes verschillen per land.
* Optie/accessoire.