RIJHULP
||
In de stand-bystand moet u zelf de juiste snel-
heid en afstand aanhouden.
Wanneer de adaptieve cruisecontrol in de stand-
bystand staat en uw auto een voorligger te dicht
nadert, wordt u in plaats daarvan gewaarschuwd
voor het geringe tijdsverschil door de afstands-
waarschuwing (zie de link naar de rubriek
"Afstandswaarschuwing" aan het eind van dit
artikel).
Stand-by vanwege ingreep van bestuurder
De adaptieve cruisecontrol wordt tijdelijk gedeac-
tiveerd en stand-by gezet in de volgende geval-
len:
•
u bedient het rempedaal
•
u zet de keuzehendel in stand N.
•
u houdt meer dan 1 minuut lang een hogere
snelheid aan dan ingesteld.
•
u bedient het koppelingspedaal langer dan
zo'n 1 minuut – geldt voor auto's met een
handgeschakelde versnellingsbak.
U moet in dat geval zelf ingrijpen om de snelheid
en afstand ten opzichte van de voorligger aan te
passen.
Wanneer u gas bijgeeft met het gaspedaal zoals
bij een inhaalmanoeuvre, blijft de instelling onge-
wijzigd – de auto hervat de laatst opgeslagen
snelheid zodra u het gaspedaal loslaat.
316
Automatische stand-bystand
De adaptieve cruisecontrol is afhankelijk van
andere systemen zoals de stabiliteitsregeling/
antislipregeling ESC. Als een van dergelijke sys-
temen uitvalt, wordt de adaptieve cruisecontrol
automatisch uitgeschakeld.
Bij automatische deactivering klinkt een signaal
en op het bestuurdersdisplay verschijnt een mel-
ding. U moet in dat geval zelf ingrijpen om de
snelheid en afstand ten opzichte van de voorlig-
ger aan te passen.
Automatische deactivering is mogelijk in de vol-
gende gevallen:
•
u rijdt langzamer dan 5 km/h (3 mph) en
ACC kan niet registreren of de voorligger
een stilstaand voertuig is of een object, zoals
een verkeersdrempel.
•
u rijdt langzamer dan 5 km/h (3 mph) en de
voorligger slaat af, zodat ACC geen voorlig-
ger meer heeft om te volgen.
•
de snelheid daalt tot onder 30 km/h
(20 mph) – geldt alleen voor auto's met een
handgeschakelde versnellingsbak.
•
u opent het bestuurdersportier
•
u doet de veiligheidsgordel af
•
het motortoerental is te laag/hoog
•
de wielen verliezen hun grip op het wegdek
•
de remmen hebben een hoge temperatuur
•
de parkeerrem wordt geactiveerd
•
de gecombineerde camera en radarsensor
wordt afgedekt door sneeuw of zware regen-
val (blokkering cameralens/radarsignalen).
Adaptieve cruisecontrol heractiveren
vanuit de stand-bystand
NB De afbeelding is schematisch – afhankelijk van het
model zijn afwijkingen mogelijk.
ACC heractiveren vanuit stand-bystand:
–
Druk op de stuurknop
(1).
> De auto hervat de laatst opgeslagen snel-
heid.
N.B.
Nadat de snelheid weer met de stuurknop
is hervat, kan er een markante snelheids-
toename volgen.