Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Q Snel instellen

Voorbeeld: portretmodus
1
Stel het programmakeuzewiel in op een basismodus.
2
Druk op de knop <Q>.
Het scherm Snel instellen wordt weergegeven.
3
Stel de functie in.
Druk op de toets <S> om een functie te selecteren. (Deze stap
is niet noodzakelijk in de modi <A> en <7>.)
De geselecteerde functie en Uitleg (pag. 52) worden weergegeven.
Druk op de toets <U> of draai aan het instelwiel <6> om de instelling te wijzigen.
Functies die in de basismodi kunnen worden ingesteld
: standaardinstelling k: door gebruiker in te stellen
o
Functie
u: Enkelbeeld
i: Continue opname
Transport-
modus
Zelfontspanner
(pag. 106)
a: Automatisch flitsen
Flitsen
D: Flitser aan (flitst altijd)
b: Flitser uit
Sfeeropnamen (pag. 77)
Licht-/scèneopnamen (pag. 81)
De achtergrond onscherper/scherper maken (pag. 65)
* Als u de opnamemodus wijzigt of de aan-uitschakelaar op <2> zet, worden
de standaardinstellingen hersteld (behalve de zelfontspanner).
76
Wanneer in de basismodi het scherm met de
opname-instellingen wordt weergegeven, kunt u op
de knop <Q> drukken om het scherm Snel
instellen weer te geven. In de onderstaande tabel
worden de functies vermeld die in de diverse
basismodi met het scherm Snel instellen kunnen
worden ingesteld.
A 7 C 2 3 4 5
o
k
k
k
k
Q
k
k
l
k
k
q
o
(7)
o
o
k
o
k
o
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
o
o
k
o
k
o
k
k
k
k
k
k
: niet in te stellen
8
6
F
o
k
o
o
k
o
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
k
o
o
k
o
o
k
k
k
k
k
k
G
o
k
k
k
k
o

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave