Sluiter sync.
Stel deze optie normaliter in op [1e-gordijn] zodat er direct na de
belichting wordt geflitst.
Als [2e gordijn] wordt ingesteld, wordt er vlak voordat de sluiter dichtgaat
geflitst. Wanneer dit wordt gecombineerd met een lange sluitertijd, kunt u een
lichtspoor maken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de koplampen van een auto 's
avonds. Met E-TTL II (automatische flitsbelichting) wordt er twee keer geflitst:
één keer wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt en opnieuw vlak voor het
einde van de belichting. Met sluitertijden korter dan 1/30 seconde wordt tevens
automatisch 1e-gordijnsynchronisatie gebruikt.
Als er een externe Speedlite is bevestigd, kunt u ook [Hi-speed] (e) selecteren.
Raadpleeg de instructiehandleiding van de Speedlite voor meer informatie.
Draadloze functies
Raadpleeg 'Draadloze flitsfotografie' op pagina 229 wanneer u draadloze
flitsopnamen maakt met de masterfunctie van de ingebouwde flitser en
gebruikmaakt van optische overdracht. Raadpleeg de instructiehandleiding
van de Speedlite wanneer u draadloze flitsopnamen maakt met de
masterfunctie van de externe Speedlite en gebruikmaakt van optische
overdracht of overdracht via een radiosignaal.
Flitsbelichtingscompensatie
Zie 'Flitsbelichtingscompensatie' op pagina 120.
Flitsmodus
U kunt de flitsmodus selecteren die geschikt is voor het maken van
opnamen met de flitser.
[E-TTL II] is de standaardmodus voor
het maken van opnamen met de
automatische flitser met Speedlites
uit de EX-serie.
[Manual flash] is voor geavanceerde
gebruikers die de [Flits output] (1/1
tot 1/128) zelf willen kunnen instellen.
Raadpleeg de instructiehandleiding
van de Speedlite voor informatie over
andere flitsfuncties (als de Speedlight
deze functies bezit).
3 De flitser instellenN
221