j De zelfontspanner gebruiken
Met <q> kan het interval tussen de verschillende opnamen worden verlengd, afhankelijk van de
instellingen voor opnamefuncties zoals de opnamekwaliteit of het gebruik van de flitser.
Als u bij het indrukken van de ontspanknop niet door de zoeker kijkt, kunt u het beste
de oculairdop bevestigen (pag. 308). Als er tijdens het maken van een opname licht in
de zoeker komt, kan dit een negatief effect op de belichting hebben.
Met <l> kunt u opnamen maken zonder de camera op het statief aan te raken. Dit voorkomt
bewegingsonscherpte wanneer u stillevens vastlegt of opnamen maakt met een lange belichtingstijd.
Het wordt aanbevolen om na het maken van opnamen met de zelfontspanner de opname
weer te geven (pag. 84) om de scherpstelling en belichting te controleren.
Als u met de zelfontspanner een foto van uzelf wilt maken, vergrendelt u de scherpstelling (pag. 61) op
een onderwerp dat zich tijdens de opname op ongeveer dezelfde afstand als uzelf bevindt.
Druk op de knop <YiQ> om de zelfontspanner uit te schakelen nadat het aftellen is begonnen.
106
1
Druk op de knop <Yi
2
Selecteer de zelfontspanner.
Druk op de toets <U> of draai aan het
instelwiel <6> om de zelfontspanner te
selecteren en druk vervolgens op <0>.
Q: Zelfontspanner: 10 sec
U kunt ook de afstandsbediening gebruiken (pag. 307).
l: Zelfontspanner: 2 sec (pag. 142)
q: Zelfontspanner: 10 sec en
continu-opnamen
Druk op de toets <V> om het aantal
opnamen in te stellen (2 - 10) dat u met
de zelfontspanner wilt maken.
3
Maak de opname.
Kijk door de zoeker, stel scherp op het
onderwerp en druk de ontspanknop helemaal in.
U kunt de zelfontspanner in de gaten houden door
middel van het bijbehorende lampje, de pieptoon en
de aftelweergave (in seconden) op het LCD-scherm.
Twee seconden voordat de opname wordt
gemaakt, gaat het lampje van de zelfontspanner
branden en klinkt de pieptoon sneller.
>.
Q