Voor de bandenspanning van het reservewiel moet de hoogste bandenspanning
die voor de wagen is voorgeschreven, worden aangehouden.
De bandenspanning altijd controleren als de banden koud zijn. Nooit de verhoog-
de druk bij warme banden verminderen.
Bij hogere belading de bandenspanning overeenkomstig aanpassen.
Rijstijl
Snel bochtenwerk, snel accelereren en sterk afremmen verhogen de bandenslij-
tage.
Wielen balanceren
De wielen van een nieuwe wagen zijn gebalanceerd. Tijdens het rijden kan echter
door verschillende invloeden een onbalans ontstaan. Dit is dan merkbaar aan een
"onrust" in het stuurwiel.
Na het vervangen van banden of een bandenreparatie de wielen laten balance-
ren.
Verkeerde uitlijning
Een verkeerde wieluitlijning voor of achter zorgt voor overmatige bandenslijtage.
Schade aan de band
Om beschadiging van banden en velgen te voorkomen, mogen trottoirs of soort-
gelijke obstakels alleen maar langzaam en zo mogelijk onder een rechte hoek
worden genomen.
Wij adviseren om banden en velgen regelmatig te controleren op beschadigingen
(kerven, scheuren, bulten, vervormingen en dergelijke). Vreemde voorwerpen uit
het bandenprofiel verwijderen (bijvoorbeeld kleine stenen).
Wielen wisselen
Bij een duidelijk sterke slijtage van de voorbanden adviseren wij, de voorwielen
en de achterwielen overeenkomstig het schema
Daardoor krijgen de banden ongeveer dezelfde levensduur.
Voor een gelijkmatige slijtage van alle banden en om de optimale levensduur te
behalen, adviseren wij om elke 10.000 km de wielen om te wisselen.
Banden opslaan
Gedemonteerde banden markeren, zodat bij de montage de huidige draairichting
kan worden aangehouden.
Wielen resp. banden koel, droog en zo donker mogelijk bewaren. Banden die niet
op een velg zijn gemonteerd, moeten staande worden bewaard.
» Afbeelding 141
te verwisselen.
Slijtagemerktekens
In de profielgroeven van de banden bevinden zich dwars op de rijrichting 1,6 mm
hoge slijtagemerktekens. Deze slijtagemerktekens zijn, afhankelijk van het merk
en type band, gelijkmatig verdeeld over de bandomtrek aangebracht
140
- . Markeringen op de bandwangen (bijvoorbeeld de letters "TWI" of symbo-
len) geven de plaats van de slijtage-indicatoren aan.
Veroudering van banden
Banden verouderen en verliezen daarmee hun oorspronkelijke eigenschappen.
Ook als ze niet worden gebruikt. Daarom adviseren wij geen zomer- resp. winter-
banden te gebruiken die ouder zijn dan 6 resp. 4 jaar.
Nieuwe banden
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 171 en volg deze op.
Op alle vier de wielen alleen radiaalbanden van dezelfde constructie, maat (afro-
lomtrek) en met hetzelfde profiel op één as gebruiken.
De voor uw wagen toegestane band-/velgcombinaties staan vermeld in uw auto-
papieren.
Indien mogelijk de banden per as vervangen. De banden met de grotere profiel-
diepte moeten altijd op de voorwielen gebruikt worden.
Toelichting van het bandopschrift
195/55 R 15 85 H
Het betekent:
195
Bandbreedte in mm
» Afbeelding 140
65
Hoogte-/breedteverhouding in %
R
Code voor bandconstructie - Radiaal
172 -
15
Velgdiameter in inch
85
Belastingindex
»
H
Snelheidscodeletter
De productiedatum staat ook op de bandwang (eventueel aan de binnenzijde van
de band). Bijvoorbeeld
DOT ... 10 13...
» Afbeelding
op pagina 172 -
» Afbeelding 140
op pagina 172 -
» Afbeelding 140
op pagina
» Afbeelding 140
op pagina 172 -
»
Wielen
173