Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Specificaties En Vulhoeveelheid; Oliepeil Controleren - Skoda Rapid 2013 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Advertenties

Specificaties en vulhoeveelheid

Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 162 en volg deze op.
Specificatie en vulhoeveelheid (in l) voor wagens met variabele service-interval-
len
Benzinemotoren
1,2 l/55 kW
1,2 l/63 kW TSI
1,2 l/77 kW TSI
1,4 l/90 kW TSI
Dieselmotor
a)
1,6 l/77 kW TDI CR
a)
Bij dieselmotoren zonder roetfilter kan optioneel de motorolie VW 505 01 worden gebruikt.
Specificatie en vulhoeveelheid (in l) voor wagens met vaste service-intervallen
Benzinemotoren
1,2 l/55 kW
1,2 l/63 kW TSI
1,2 l/77 kW TSI
1,4 l/90 kW TSI
Indien de hierboven genoemde oliën niet beschikbaar zijn, kan voor het eenmalig
bijvullen een olie met ACEA A2 resp. ACEA A3 specificatie worden gebruikt.
Dieselmotor
a)
1,6 l/77 kW TDI CR
a)
Bij dieselmotoren zonder roetfilter kan optioneel de motorolie VW 505 01 worden gebruikt.
Indien de hierboven genoemde oliën niet beschikbaar zijn, kan voor het eenmalig
bijvullen een olie met ACEA B3 resp. ACEA B4 specificatie worden gebruikt.
Specificatie
Vulhoeveelheid
VW 503 00, VW 504 00
VW 504 00
VW 504 00
VW 503 00, VW 504 00
Specificatie
Vulhoeveelheid
VW 507 00
Specificatie
Vulhoeveelheid
VW 501 01, VW 502 00
VW 502 00
VW 502 00
VW 501 01, VW 502 00
Specificatie
Vulhoeveelheid
VW 507 00
VOORZICHTIG
Voor wagens met variabele service-intervallen mogen alleen de bovengenoemde
oliën gebruikt worden. Om de eigenschappen van de motorolie te behouden, ad-
viseren wij voor het bijvullen alleen oliën met dezelfde specificatie te gebruiken.
In uitzonderingsgevallen mag maximaal 0,5 l motorolie met de specificatie
VW 502 00 (alleen benzinemotoren) resp. de specificatie VW 505 01 (alleen die-
selmotoren) worden bijgevuld. Andere motoroliën mogen niet worden gebruikt -
gevaar voor schade aan de motor!
2,8
3,9

Oliepeil controleren

3,9
3,6
4,3
2,8
3,9
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
3,9
op pagina 162 en volg deze op.
3,6
De oliepeilstok geeft het motoroliepeil aan
Oliepeil controleren
Verzeker u ervan dat de wagen op een vlakke ondergrond staat en dat de motor
op bedrijfstemperatuur is.
4,3
De motor afzetten.
Een paar minuten wachten tot de motorolie in de carterpan is teruggestroomd.
De motorkap openen.
De oliepeilstok verwijderen.
De oliepeilstok met een schone doek afvegen en tot aan de aanslag weer erin
schuiven.
De oliepeilstok weer uittrekken en het oliepeil aflezen.
Oliepeil in gebied
Er mag geen olie worden bijgevuld.
Afbeelding 135
Oliepeilstok
» Afbeelding
A
Controleren en bijvullen
135.
163

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave