kantelen de spiegelglazen bij inscha‐
kelen van de achteruitversnelling
omlaag.
De spiegels kantelen in verschillende
hoeken. Zo nodig kunt u de spiegels
ook extra kantelen.
De spiegelglazen keren terug naar
hun oorspronkelijke standen:
● enkele seconden na uitschake‐
len van de achteruitversnelling
● zodra de rijsnelheid 10 km/u
overschrijdt
● wanneer de motor wordt uitge‐
schakeld
De functie kan worden in- of uitge‐
schakeld via de instellingenapp z op
het Info-Display.
Binnenspiegel
Binnenspiegels
U verstelt de spiegel door het spie‐
gelhuis in de gewenste richting te
verplaatsen.
Sleutels, portieren en ruiten
Handmatige dimfunctie
Om verblinding te verminderen, de
hendel aan de onderkant van de spie‐
gelbehuizing bijstellen.
25