16 HANDIGE FUNCTIES
Dit gedeelte beschrijft het configureren en gebruik van
handige en bruikbare functies, bijvoorbeeld het configureren
van de functietoetsen en de in- en uitgangsniveau's van de
aansluitingen op het achterpaneel.
CONFIGUREREN VAN DE INSCHAKELMELDING
Nadat de stroom (
) van de zendontvanger is ingeschakeld,
wordt de inschakelmelding op het startscherm getoond totdat
de zendontvanger actief wordt. U kunt de gewenste tekstregel,
bijvoorbeeld uw oproepteken, als inschakelmelding instellen.
[F1]~[F7]
1 Selecteer Group No. 0, "Basic Configurations", van het Menu
scherm.
2 Roep Menu 07, "Power-on Message".
3 Druk op [EDIT] (F4) om het parametervenster te kunnen
bewerken.
4 Gebruik de functietoetsen en de MULTI/CH instelling voor
het veranderen of invoeren van tekst.
U kunt maximaal 15 letters of symbolen configureren. De
standaardinstelling is "HELLO".
[SPACE] (F1): Druk hierop om een spatie in te voeren.
[-] (F2)/[+] (F3): Druk hierop om het vorige of volgende teken te
tonen.
[
] (F4) en [
] (F5): Druk hierop om de cursor naar
links of rechts te verplaatsen.
[BACK SPACE] (F): Druk hierop om het teken links van de cursor te
wissen.
[DEL] (F): Druk hierop om het teken rechts van de cursor te wissen.
[CHAR] (F): Druk hierop om het soort teken te veranderen. Met elke
druk op [CHAR] (F), zal het soort teken als volgt veranderen:
ABC (hoofdletters) > abc (kleine letters) > ÀÁÂ (hoofdletters) > àáâ
(kleine letters) > !"# (symbolen) > ABC (hoofdletters)
Inhoud
Index
5 Druk op [SAVE] (F6) om de tekst op te slaan.
6 Druk op [MENU] om af te sluiten.
CONFIGUREREN VAN DE SCREENSAVER
Indien er gedurende de ingestelde wachttijd voor de screensaver
geen bediening wordt uitgevoerd, wordt de screensaver
geactiveerd op het hoofdscherm en subscherm.
Er zijn twee screensavers voor de zendontvanger. Met "Type 2"
voor de screensaver gekozen, kan de gewenste tekst worden
[MENU]
[MULTI/CH]
getoond op het hoofdscherm en subscherm.
U kunt de te gebruiken screensaver configureren. Type 1 toont
afbeeldingen van het product en Type 2 toont de gewenste tekst
over het hoofdscherm en subscherm.
1 Selecteer Group No. 0, "Basic Configurations", van het Menu
2 Roep Menu 04, "Screen Saver" op.
[UP]
[DOWN]
3 Druk op [SELECT] (F4) om het parametervenster te kunnen
4 Druk op [-] (F4) of [+] (F5) en selecteer het screensavertype.
5 Druk op [
6 Druk op [MENU] om af te sluiten.
Door een druk op [CANCEL] (F7) wordt de ingevoerde parameter
gewist en weer teruggekeerd naar het Menu scherm.
CONFIGUREREN VAN HET SCREENSAVERTYPE
scherm.
bewerken.
U kunt "Off", "Type 1" en "Type 2" selecteren. De standaardinstelling
is "Off".
] (F1).
Opmerking:
◆ De screensaver wordt geannuleerd door een bediening van de
zendontvanger, bijvoorbeeld een druk op een toets, een draai van een
instelling of knop of door ontvangst van een opdracht van een PC.
16-1