WIJZIGEN VAN DE DOORLAATBANDBREEDTE
EN HOOGTE VAN VERSCHUIVING OM
DOORLAATBANDEIGENSCHAPPEN AAN TE
PASSEN
Voor gebruik in CW- of SSB-Data-modus kunt u de
doorlaatbandbreedte veranderen van het DSP-filter en de
hoeveelheid verschuiving van de middenfrequentie. Voor gebruik
in RTTY (FSK)- of PSK-modus kunt u de doorlaatbandbreedte
aanpassen. U kunt de doorlaatbandbreedte veranderen zodat
interfererende golven buiten de bandbreedte van het filter zijn.
Doelsignaal
Interfererend
signaal
[ESC]
Modustoetsen
1 Druk op een modustoets om de CW, LSB-Data, USB-Data,
FSK, of PSK-modus te selecteren.
2 Houd [FIL/SEL] (M) of [FIL/SEL] (S) ingedrukt om het RX
Filter-scherm te openen.
De geselecteerde band en de naam van de modus verschijnen
tijdens het ontvangen en het geselecteerde RX-filter (A, B, of C) kan
worden bewerkt.
3 Draai aan de LO/WIDTH-instelling om de
doorlaatbandbreedte veranderen.
De instelling met de klok meedraaien verhoogt de
doorlaatbandbreedte en tegen de klok in verlaagt de
doorlaatbandbreedte.
4 Draai aan de HI/SHIFT-instelling.
De instelling met de klok mee draaien verschuift de
frequentiedoorlaatbandbreedte naar de hogere band en tegen de
klok in verschuift de frequentiedoorlaatbandbreedte naar de band
daaronder. Het frequentiebereik voor gebruik in de FSK en PSK-
modi kan niet worden aangepast.
5 Druk op [ESC] om af te sluiten.
Drukken op [FIL/SEL] (M) of [FIL/SEL] (S) sluit het RX Filter-
scherm eveneens.
Inhoud
Index
Interfererend
signaal
[HI/SHIFT]
[LO/WIDTH]
[FIL/SEL] (M)
[FIL/SEL] (S)
Doorlaatbandbreedte (Hz)
Functie
Instellingswaarde
50/ 80/ 100/ 150/ 200/ 250/
300/ 350/ 400/ 450/ 500/ 600/
700/ 800/ 900/
1000/ 1100/ 1200/ 1300/
SSB/
1400/ 1500/ 1600/ 1700/
SSB-DATA
1800/ 1900/ 2000/ 2100/
2200/ 2300/ 2400/ 2500/
2600 (standaard) / 2700/
2800/ 2900/ 3000
50/ 80/ 100/ 150/ 200/ 250/
300/ 350/ 400/ 450/ 500
CW
(standaard)/ 600/ 700/ 800/
900/ 1000/ 1500/ 2000/ 2500
250/ 300/ 350/ 400/ 450/ 500
FSK
(standaard)/ 1000/ 1500
50/ 80/ 100/ 150/ 200/ 250/
300/ 350/ 400/ 450/ 500
(standaard)/ 600/ 700/ 800/
PSK
900/ 1000/ 1200/ 1400/ 1500/
1600/ 1800/ 2000/ 2200/
2400/ 2600/ 2800/ 3000
ACTIVEREN AUDIOPIEKFILTER VOOR GEBRUIK
IN CW-MODUS
Als de leesbaarheid van een signaal nadelig wordt beïnvloed
door ruis of andere interferentie tijdens het ontvangen in de
CW-modus, verbetert de leesbaarheid van het ontvangstsignaal
door het ontvangstsignaal door te geven door een bandbreedte
gecentreerd op de CW-toonhoogtefrequentie.
[CW/CW-R]
1 Druk op [CW/CW-R] om de CW-modus te selecteren.
2 Druk op [APF/SEL] (M) of [APF/SEL] (S).
• Telkens wanneer u op een van de toetsen drukt, schakelt het
audiopiekfilter voor de geselecteerde band tussen actief en
inactief. Terwijl het audiopiekfilter actief is, lichten de "APF/SEL"
(M) of "APF/SEL" (S) led groen op.
• Het audiopiekfilter voor de geselecteerde band is uitgeschakeld
na een druk op dezelfde toets.
INTERFERENTIE VERWERPEN 6
Frequentie Verschuiving (Hz)
Instellingswaarde
Stap
50 tot 1500
(standaard) tot 2500
-800 tot 0 (standaard)
tot +800
–
–
[APF/SEL] (M)
[APF/SEL] (S)
50
10
6-7