Inhoudsopgave
Advertenties
Het configureren van het gedrag van de HI/SHIFT- en
LO/WIDTH-regelingen (alleen SSB/SSB-DATA)
De hoge en lage kantel-selectie in de SSB modus en de Verschuif/
Breedte-selectie in de SSB-DATA-modus zijn vooraf
geconfigureerd in de standaardinstelling, maar kunnen in het
menu worden gewijzigd.
SSB Modus
Configureren in Menu [6-11] "Filter Control in SSB
Mode (High/Low and Shift/Width)"
Instellingswaarde
High & Low Cut (standaard)/Shift & Width
SSB-DATA Modus
Configureren in Menu [6-12] "Filter Control in SSB-
DATA Mode (High/Low and Shift/Width)"
Instellingswaarde
High & Low Cut/Shift & Width (standaard)
De afsnijfrequentie wijzigen
In de SSB, AM en FM modi, kan de doorlaatbandbreedte van het
filter worden aangepast door de kantelfrequentie te wijzigen (laag
of hoog).
De doorlaatbandbreedte kan worden gewijzigd zodat het
interferentiesignaal buiten de bandbreedte van het filter valt.
Lage kantelfrequentiebereik
Interfererend Signaal
0 Hz
600 Hz
2 KHz
1 Druk op de modustoets om de LSB-, USB-, FM- of
AM-modus te selecteren .
2 Houd [IF FIL] ingedrukt om de RX-filterscherm weer
te geven.
3 Draai de [HI/SHIFT] of [LO/WIDTH]-knop.
• Door de [HI/SHIFT] regelaar te draaien naar rechts,
verhoogt de kantelfrequentie (hoog) terwijl het naar links
draaien van de knop de frequentie verlaagd.
• Door de [LO/WIDTH] regelaar te draaien naar rechts,
verhoogt de kantelfrequentie (laag) terwijl het naar links
draaien van de knop de frequentie verlaagd.
• De grootte van de wijziging en de filtervorm worden
weergegeven op het filterscoop- en RX-filterscherm.
4 Houd [IF FIL] ingedrukt of druk op [ESC] om het
proces te beëindigen.
Hoge kantelfrequentiebereik
Doel Signaal
Interfererend Signaal
5 KHz
INTERFERENTIE AFWIJZEN 6
Lage kantelfrequentie
(Hz)
Modus
Instellingswaarde
0/50/100 tot 200
SSB/ SSB-
(standaard) tot 2000 (100-
DATA
stap)
AM/ AM-
0/ 100 (standaard)/ 200/
DATA
300
0/50/100 tot 200
FM/ FM-
(standaard) tot 1000 (100-
DATA
stap)
Als "Auto" is geconfigureerd, is een roofing filter met een
●
bandbreedte breder dan de doorlaatbandbreedte van
het DSP-filter geselecteerd met behulp van de hoge of
lage kantel of breedte/verschuiving.
Wanneer "Auto" is geconfigureerd met de AM-modus,
●
wordt een 6 kHz roofing filter automatisch geselecteerd
als de hoge kantelfrequentie 3 kHz of lager is, en een 15
kHz roofing filter wordt geselecteerd als de
kantelfrequentie hoger dan 3 kHz is.
In de stand FM-modus, is de optie ingesteld op 15 kHz
●
en kan niet worden gewijzigd.
Wanneer de lage kantelfrequentie toeneemt tot de hoge
●
kantelfrequentie, verandert de hoge kantelfrequentie
ook terwijl u op hetzelfde moment de
doorlaatbandbreedte op 0 Hz houdt.
Wanneer de lage kantelfrequentie toeneemt tot de hoge
●
kantelfrequentie, verandert ook de hoge
kantelfrequentie terwijl u op hetzelfde moment de
doorlaatbandbreedte op 0 Hz houdt.
Hoge kantelfrequentie
(Hz)
Instellingswaarde
600 tot 2800 (standaard)
tot 3000 (100-stap)/
3400/4000/5000
2000 tot 3000 (100-stap)/
3500/4000/5000
(standaard)
1000 tot 2800 (standaard)
tot 3000 (100-stap)/
3400/4000/5000
6-3
Advertenties
Inhoudsopgave
