Inhoudsopgave
Advertenties
De transverter/opwekker gebruiken
Dit is een handige functie wanneer u deze zendontvanger
combineert met een transverter die kan worden gebruikt om de
werkfrequentie van de opwekker (deze zendontvanger) naar een
andere frequentie te converteren. Raadpleeg de
gebruiksaanwijzing van de gebruikte transverter voor meer
informatie over de procedures voor het aansluiten van de
bekrachtiger op een transverter.
Sommige functies van deze zendontvanger zijn niet
●
bruikbaar als een transverter wordt gebruikt.
Schakel de zendontvanger en de transverter uit voordat
●
u ze aansluit. Controleer de verbinding tussen deze
zendontvanger en de transverter voordat u beide
apparaten inschakelt.
Verbinden met een transverter
Er zijn 2 manieren om de bekrachtiger met een transverter te
verbinden. De eerste is via de ANT-connector (voor zowel TX als
RX en de uitvoer ligt vast op 5 W), terwijl de andere via de RX IN-
connector (RX-ingang) en DRV-connector (uitgang van de drive)
is. Met beide soorten verbindingen kan de frequentieweergave
van deze zendontvanger worden gewijzigd in de weergave van de
werkfrequentie van de transverter.
Als u een signaal van meer dan 5 W van de ANT-connector naar
de transverter wilt invoeren, stelt u de limiet voor de TX-
uitgangsstroom tijdens de werking van de transverter in op OFF in
Geavanceerd menu [6] "TX Power Down with Transverter
Enabled".
Verbinden met de RX IN- en DRV-connectors
1 Sluit de transverter aan op de RX IN- en DRV-
connectors.
2 Druk op [RX ANT] om ontvangst van de RX IN-
connector in te stellen op AAN.
<<
>> wordt weergegeven.
3 Druk op [DRV] om de output van de DRV-connector
in te stellen op AAN.
De [DRV]-led gaat groen branden.
Verbinden met de ANT-connector
1 Sluit de transverter aan op de ANT-connector.
2 Druk op [RX ANT] om ontvangst van de RX IN-
connector in te stellen op UIT.
<<
>> wordt weergegeven.
3 Druk op [DRV] om de output van de DRV-connector
in te stellen op UIT.
<<[DRV]>> LED gaat uit.
Wanneer de RX IN en DRV aansluitingen zijn
●
geselecteerd, zijn verzending en ontvangst via de ANT-
connector uitgeschakeld.
Uitschakelen tijdens bediening van transverter
Wanneer het RF-ingangsniveau van de transverter 5 W of hoger
is en een signaal van 5 W of meer wordt uitgevoerd vanaf de ANT-
connector naar de transverter, configureert u Power Down
wanneer de transverter in gebruik is op "Uit" (vaste uitgang
uitschakelen op 5 w).
Configureer in het Geavanceerd Menu [6] "TX
Power Down with Transverter Enabled"
Instellingswaarde
Off/On (standaard)
Wanneer "Off" is geselecteerd, wordt een maximum van
●
100 W geleverd aan het apparaat dat is aangesloten op
de ANT-connector. Dit kan het aangesloten apparaat
beschadigen of voor een storing zorgen, dus schakelen
van de power down instelling is geheel op eigen risico.
Weergave van de werkingsfrequentie
geconfigureerd voor de transverter
Als de transverter AAN is, wordt het laatste cijfer van de
frequentieweergave niet weergegeven en wordt de voor de
transverter geconfigureerde werkfrequentie weergegeven.
1 Draai aan de Afstem-regeling om een
werkfrequentie te selecteren voor de opwekker
(deze zendontvanger).
De transverter converteert deze frequentie voor uitvoer.
Configureer zodat deze binnen het transmissiebereik valt.
2 Houd [GENE] ingedrukt om de transverter op AAN
te zetten.
<<
>> wordt weergegeven en de frequenties die
kunnen worden geconfigureerd voor de transverter worden
weergegeven.
3 Houd [GENE] nogmaals ingedrukt.
De transverter staat nu UIT.
Sommige functies van deze zendontvanger zijn niet
●
bruikbaar als een transverter wordt gebruikt.
De werkingsfrequentie van de transverter
configureren
1 Houd [GENE] ingedrukt om de transverter op AAN
te zetten.
<<
>> wordt weergegeven.
2 Druk op [ENT] om een frequentiewaarde te kunnen
invoeren.
3 Voer de uitgangsfrequentie van de transverter in
met behulp van het numerieke toetsenbord.
4 Druk op [ENT] om de keuze te bevestigen.
In plaats van de werkelijke werkingsfrequentie van deze
zendontvanger, wordt nu de uitgangsfrequentie van de
transverter weergegeven.
Werkingsvoorbeeld: werking door een 28 MHz-signaal
in te voeren op een 430 MHz transverter
1 Sluit een 430 MHz transverter aan op deze
zendontvanger.
2 Configureer de RX-frequentie van deze transceiver
in "28.000.000".
3 Houd [GENE] ingedrukt om de transverter op AAN
te zetten.
4 Druk op [ENT] voor bandselectie met gebruik van
het numerieke toetsenbord.
5 Voer vervolgens "430.000.00" in en druk op [ENT].
6 Draai aan de afstemming of [MULTI/CH]-knop op
deze zendontvanger om een frequentie te
selecteren.
OTHER FUNCTIONS 16
16-15
Advertenties
Inhoudsopgave
