Inhoudsopgave
Advertenties
Schakelen tussen de AGC-tijdsconstante
1 Selecteer een andere modus dan FM.
2 Druk op [AGC] om een AGC-tijdconstante te
selecteren.
Iedere keer wanneer [AGC] wordt ingedrukt, schakelt de
selectie in de volgende volgorde: "AGC-F" → "AGC-M" → "AGC-
S".
De vooraf ingestelde waarde van AGC-tijdconstante
aanpassen
1 Houd [AGC] ingedrukt om het AGC-
configuratiescherm weer te geven.
2 Druk op F3 [AGC] of [AGC] om "FAST", "MID" of
"SLOW" te selecteren.
3 Druk op F4 [–]/F5 [+] of draai aan de [MULTI/CH]-
knop om de AGC-tijdconstante te wijzigen.
Instellingswaarde
1 tot 20
De AGC-tijdconstante is het snelst als deze is geconfigureerd
op "1" en het langzaamst wanneer deze is geconfigureerd op
"20".
• De standaard AGC-tijdconstantewaarden in de respectieve
bedieningsmodi zijn als volgt.
Modus
SSB
SSB-DATA
CW
FSK
PSK
AM
AM-DATA
4 Houd [AGC] ingedrukt of druk op [ESC] om het
proces te beëindigen.
FAST
MID
SLOW
9
12
9
12
9
12
7
11
7
11
9
13
9
13
COMMUNICATIEHULPMIDDELEN 5
AGC OFF
Schakelt AGC uit in overeenstemming met de status van de
ontvangen signalen. RF-versterking is vastgezet wanneer AGC is
ingesteld op UIT, waardoor het gemakkelijker is om in sommige
gevallen zwakke signalen te horen.
Als AGC wordt uitgeschakeld terwijl de S-meter afwijkt
●
vanwege het signaal, kan er geluid worden uitgevoerd
naar de luidspreker of de hoofdtelefoon met een
onverwacht hard volume.
Draai de [RF]-knop om het RF-versterkingsniveau van tevoren
laag te zetten. Nadat u AGC hebt uitgeschakeld, past u de RF-
versterking aan door aan de [RF]-knop te draaien totdat het
signaal duidelijk hoorbaar is.
Om AGC uit te schakelen, voert u de onderstaande stappen uit.
1 Houd [AGC] ingedrukt om het AGC-
configuratiescherm weer te geven.
2 Houd F6 [(OFF)] ingedrukt om AGC naar UIT te
configureren.
<<
vooraf ingestelde waarde wordt grijs weergegeven.
3 Houd [AGC] ingedrukt of druk op [ESC] om het
proces te beëindigen.
AGC Snel herstel
Deze functie voert herstel uit van de onderdrukking die optreedt
wanneer het RX-signaal pulserende ruis bevat.
1 Houd [AGC] ingedrukt om het AGC-
configuratiescherm weer te geven.
2 Druk op F2 [PULSE] om het AGC
configuratiescherm snelherstel weer te geven.
3 Druk op F3 [ON/OFF] om de functie in te stellen op
"On".
4 Druk op F4 [–]/F5 [+] of draai aan de [MULTI/CH]-
14
knop om het drempelniveau te wijzigen.
14
Configureren naar een hogere waarde activeert deze functie
14
wanneer het verschil in signaalniveau tussen het RX-signaal
14
en de pulsen klein is.
14
Instellingswaarde
16
Deze functie heeft mogelijk geen effect voor pulserende
16
●
ruis die optreedt bij een kort tijdsinterval.
Als u configureert naar een waarde met een hoog
●
drempelniveau, kan de zendontvanger defect raken en
de RX-audio verstoren, afhankelijk van de toestand van
het RX-signaal.
5 Houd [AGC] ingedrukt of druk op [ESC] om het
proces te beëindigen.
>> gaat branden en het weergavegebied van de
1 tot 5 (standaard) tot 10
5-3
Advertenties
Inhoudsopgave
