1 Koperkleurige contactpunten
2 Inktsproeiers (niet schoonmaken)
9.
Hou de printcartridge vast met het HP-logo naar boven en plaats hem terug in de
houder. Duw de cartridge stevig vast totdat deze vastklikt.
10.
Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere printcartridge.
11.
Sluit voorzichtig de klep voor de printcartridge en sluit het netsnoer aan op de
achterkant van het apparaat.
Verwante onderwerpen
•
"Het gedeelte rondom de inktsproeiers reinigen" op pagina 94
•
"De printcartridges vervangen" op pagina 83
Werken met printcartridges
93