NOODOPROEP
Gebruik de noodoproep
alleen in een noodgeval,
als u betrokken bent bij een
ongeval of als u getuige bent van
3
een ongeval of in fysieke nood
bent.
In geval van een ongeluk
blijft u, als de plaats en
het verkeer dit toestaan,
dicht bij de auto om
eventuele oproepen van het
callcenter snel te kunnen
beantwoorden.
2 3 4 - R i j d e n
Voor uw veiligheid en
een goede werking van
het systeem, moeten alle
werkzaamheden aan de
accu (uitbouwen, loskoppelen
enz.) worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd vakman.
Risico op brandwonden door
elektrische schokken.
Houd u aan de
vervangingsintervallen in het
onderhoudsboekje. U mag deze
niet overschrijden.
De accu is van een speciaal type.
Zorg dat deze wordt vervangen
door een van hetzelfde type.
Roep de hulp in van een erkende
dealer.
Als de auto hiermee is uitgerust,
worden de hulpdiensten via het
noodoproepsysteem automatisch of
handmatig verwittigd (kosteloos) bij
een ongeval of ziekte, zodat ze zo snel
mogelijk kunnen komen.
Als u de functie voor noodoproep
gebruikt om te melden dat u een
ongeval hebt gezien, houdt dit in dat u
stopt zodra de
verkeersomstandigheden dit toestaan,
zodat de hulpdiensten uw auto kunnen
vinden en daarmee de locatie van het
gemelde ongeval.
Houd u altijd aan de ter plaatse
geldende wetgeving.
1. Waarschuwingslampje werking
systeem:
– groen: in werking
(netwerk beschikbaar);
– uit: niet in werking
(netwerk niet beschikbaar);
– rood: in werking
storing;
– groen knipperend: verbinding actief.
2. waarschuwingslampje automatische
modus
3. Toets SOS ;