CLAXON EN LICHTSIGNALEN
Richtingaanwijzers
Zet de schakelaar 1 in dezelfde
richting als waarin u het stuurwiel wilt
bewegen.
Werking van de sneltoets
Verschuif de hendel 1 even omhoog of
omlaag, waarbij u het weerstandspunt
niet overschrijdt, en laat hem dan weer
los: de hendel keert terug naar zijn
oorspronkelijke stand en het
betreffende richtingaanwijzerlampje
knippert drie keer.
Geluidssignaal
Druk op de zijkanten 2 van het
stuurwielkussen.
Lichtsignaal
Trek de hendel 1 naar u toe en laat los
om met de koplampen te knipperen.
Alarmknipperlichten
Druk op de schakelaar 3 .
Hierdoor komen de vier knipperlichten
en de zijknipperlichten tegelijk in
werking. Gebruik deze alleen als
gevaar dreigt om andere
weggebruikers te waarschuwen dat u
gedwongen bent te stoppen op een
abnormale plaats of zelfs waar dit
verboden is, of bij bijzondere rij- of
verkeersomstandigheden.
Bij een noodstop of plotselinge
vertraging knipperen de knipperlichten
sneller. Ze worden automatisch
uitgeschakeld zodra het remmen of
vertragen is voltooid.
K e n u w a u t o - 1 5 3
2