sen en daarboven, op het dashboard of erom-
heen, of door het aanbrengen van extra be-
kledingsmateriaal rond de airbagsystemen.
•
Werkzaamheden aan en rondom de airbag-
systemen moeten worden uitgevoerd door
een erkende dealer of gekwalificeerd garage-
bedrijf. De bedrading van het airbagsysteem
mag niet worden gewijzigd of losgekoppeld.
Ongeoorloofde elektrische test- en meetap-
paratuur en sondes mogen niet gebruikt wor-
den op de airbagsystemen.
•
De bedradingsstekkers van de airbags zijn
geel, zodat ze gemakkelijk herkenbaar zijn.
•
Plaats nooit een achterwaarts gericht kinder-
zitje op de voorpassagiersstoel zonder eerst
de passagiersairbag uitgeschakeld te hebben
met de schakelaar voor de voorpassagiersair-
bag. Bij een frontale aanrijding zullen de voor-
airbags met grote kracht opgeblazen worden.
Uw kind kan ernstig of dodelijk letsel oplopen
als de voorairbag dan wordt opgeblazen.
Wanneer de airbag wordt opgeblazen, hoort u een
tamelijk hard geluid dat wordt gevolgd door enige
rookontwikkeling. Deze rook is ongevaarlijk en is
geen aanwijzing voor brand. Toch moet u vermijden
deze rook in te ademen, omdat hij kan irriteren en
kortademigheid kan veroorzaken. Personen met
ademhalingsstoornissen moeten onmiddellijk frisse
lucht inademen.
Voorairbagsysteem
De bestuurdersairbag zit middenin het stuurwiel. De
voorairbag voor de voorpassagier zit in het dash-
board boven het handschoenenkastje.
Het voorairbagsysteem is zo ontworpen dat de air-
bag alleen wordt opgeblazen bij middelzware en
zware frontale botsingen, al komen bij andere soor-
ten botsingen soms soortgelijke krachten vrij die de
airbags dan toch in werking kunnen stellen en op-
blazen. Bij bepaalde frontale botsingen wordt de
airbag soms niet opgeblazen. Schade aan de auto
(of het ontbreken ervan) is niet altijd een goede indi-
catie voor het juist functioneren van de voorairbags.
WAARSCHUWING
Plaats nooit een naar achteren gericht kinderzitje
op de voorpassagiersstoel zonder eerst de pas-
sagiersairbag uit te schakelen met de schake-
laar voor de voorpassagiersairbag (indien aan-
wezig), zie "Schakelaar voorpassagiersairbag
(indien aanwezig)" verderop in dit hoofdstuk. Bij
een frontale aanrijding zullen de voorairbags met
grote kracht opgeblazen worden. Uw kind kan
ernstig of dodelijk letsel oplopen als de voorair-
bag dan wordt opgeblazen.
Veiligheid — stoelen, veiligheidsgordels en aanvullend veiligheidssysteem
Statuslampje voorpassagiersairbag (indien
aanwezig):
WAARSCHUWING
•
Omdat uw auto is uitgerust met een airbag
voor de voorpassagier, mag u op deze stoel
alleen een naar achteren gericht kinderzitje
gebruiken als de airbag van te voren is uitge-
schakeld.
NPA1531
JVR0264XZ
1-37