Reinigen en controleren van de beeldsensor
Het ontwerp van de camera voorkomt dat stof zich op de beeldsensor ophoopt.
Daarnaast is de camera uitgerust met een stofreducerende functie die de sensor
op hoge frequenties laat trillen om stof van de voorkant te verwijderen. Stofreductie
wordt automatisch uitgevoerd wanneer de camera aan staat.
Stofreductie wordt ook uitgevoerd tijdens pixel-mapping, wat wordt gebruikt om de
beeldsensor en beeldbewerkingsfuncties te controleren. Let op: omdat stofreductie
tijdens het opstarten van de camera plaatsvindt, moet u de camera zo goed
mogelijk rechtop houden wanneer u deze inschakelt.
Controle van de beeldbewerkingsfuncties
Voer een gelijktijdige controle uit van de beeldsensor en de
beeldbewerkingsfuncties. Voor de beste resultaten voert u pixel-mapping pas een
minuut na het nemen of bekijken van foto's uit.
1
Druk op de knop MENU om de menu's weer te
geven.
2
Markeer [Pixel-mapping] in G Aangepast menu b
(K Hulpprogramma) en druk op I op de
pendelknop.
3
Druk op de OK-knop.
• Er verschijnt een voortgangsbalk ([Bezig]) wanneer
pixel-mapping wordt uitgevoerd. De menu's verschijnen
wanneer het proces is afgerond.
• Wanneer u de camera tijdens pixel-mapping per ongeluk uit zet, voert u pixel-mapping
opnieuw uit wanneer u de camera weer hebt aangezet.
(Pixel-mapping)
J1. K Hulpprogramma
Pixel-mapping
G
1
H1
Tijd indr.-en-vasth.
2
H2
Niveau aanp.
I
Touchscreeninstel.
J1
J1
Menu oproepen
J2
Fisheye-compensatie
J3
Terug
J1. K Hulpprogramma
Pixel-mapping
G
1
H1
Tijd indr.-en-vasth.
2
H2
Niveau aanp.
I
Touchscreeninstel.
J1
J1
Menu oproepen
J2
Fisheye-compensatie
J3
Terug
7-1 Opslag en onderhoud
Aan
Oproepen
Uit
Instellen
Start
Aan
Oproepen
Uit
Instellen
7
NL
633