Instellen met het LV-superbedieningspaneel
1
Markeer [AF-veld] in het LV-superbedieningspaneel
en druk op de OK-knop.
• De AF-doelselectie verschijnt.
• Het aantal beschikbare doelen is afhankelijk van de
AF-doelmodus.
2
Gebruik de pendelknop (FGHI) om het AF-doel
te positioneren.
• Het AF-doel kan ook worden gepositioneerd dor de
multiselector te verplaatsen.
• U kunt het AF-doel in het midden plaatsen door op de
multiselector te drukken of door de OK-knop ingedrukt
te houden.
• U kunt de functies van de voorste en achterste
regelaar en van de pendelknop kiezen tijdens het
selecteren van het AF-doel. Gebruik [N Scherminst.
2
selecteren] (Blz. 488) in G Aangepast menu K. In de
standaardinstellingen wordt de pendelknop gebruikt om
het AF-doel te positioneren.
3
Druk de ontspanknop half in om de opnameweergave te sluiten.
• Het volgende vermindert het aantal beschikbare AF-doelen:
- [Aan] selecteren voor [Digitale televoorzetlens] (Blz. 235)
- Een optie selecteren anders dan [4:3] voor [Beeldverhouding] (Blz. 233)
%
• U kunt de multiselector uitschakelen in het opnamedisplay. g [T Richtingstoets]
(Blz. 499)
• U kunt aparte AF-doelen selecteren volgens de oriëntatie van de camera. g [K
Oriëntatie verb. met N] (Blz. 489)
• U kunt de volgende scherpstelinstellingen tegelijkertijd oproepen met het Fn-hendeltje.
U kunt afzonderlijke instellingen toewijzen aan Posities 1 en 2. Gebruik deze optie om snel
instellingen aan de opname-omstandigheden aan te passen.
[AF-modus], [AF-doelmodus] (Blz. 120), en [AF-richtpunt] (Blz. 123)
U kunt het Fn-hendeltje confi gureren met behulp van [K Fn-schakelrfunctie] (Blz. 475) in
G Aangepast menu J.
124 NL
K 2-9 Scherpstellen
AF-veld
Natural
ISO
WB
Auto
Auto
Normaal
AF-veld
M
Autofocusveld