2
Markeer [Voorinstelling MF] met de achterste
regelaar.
3
Druk op de INFO-knop.
• U wordt gevraagd de scherpstelafstand te kiezen voor
[Voorinstelling MF].
4
Kies een scherpstelafstand.
• Om een scherpstelafstand te kiezen met behulp van
autofocus:
druk de ontspanknop half in om scherp te stellen op een
onderwerp op de gewenste afstand.
2
• Om een scherpstelafstand te kiezen met behulp van
handmatig scherpstellen:
draai aan de scherpstelring van de lens en controleer
de afstand in het scherm.
5
Druk op de OK-knop om de geselecteerde
scherpstelafstand te accepteren.
• Om scherp te stellen op de afstand die is
geselecteerd voor [Voorinstelling MF-afst.] selecteert
u [Voorinstelling MF] voor [K AF-modus] (Blz. 115).
• De camera stelt ook scherp op de huidige afstand:
- wanneer deze wordt aangezet en
- wanneer u de menu's sluit om naar het
opnamescherm te gaan.
130 NL
K 2-9 Scherpstellen
Instellingen o
Voorinstelling MF
Voorinstell. MF-afst.
/MF
om afst. bij te w.
0.5m
Annuleren
Instellen
Voorinstell. MF-afst.
/MF
om afst. bij te w.
2.5m
Annuleren
Instellen
Voorinstell. MF-afst.
/MF
om afst. bij te w.
2.5m
Annuleren
Instellen