L
Finetuning Autofocus
Fasedetectie autofocus fi jn afstellen. U kunt de scherpstelling fi jn instellen tot
maximaal ±20 stappen.
• Dit onderdeel is bedoeld voor fotografi e.
• Normaal gesproken hoeft u de autofocus niet met dit onderdeel fi jn af te stellen. Door
het gebruik van fi ne-tuning focus kan het normale scherpstellen van de camera worden
verhinderd.
• Het fi ne-tunen van scherpstellen heeft geen effect in de modi [S-AF] en [S-AFb].
Uit
Stnd. data
Lensdata
1
Markeer [AF-focusaanp.] in het menu L (AF/MF)
en druk op I op de pendelknop.
2
Markeer [Std. data] of [Lensdata] en druk op de
I-knop.
4
• Als u [Std. data] hebt geselecteerd, gaat u verder met
stap 5.
• Als u fi jnafstellen wilt uitschakelen, markeert u [Uit] en
drukt u op de knop OK.
3
Markeer [Lensdataset creëren] en druk op de
knop OK.
• U wordt gevraagd om het gebied in het kader aan te
geven, waarvoor u de scherpstelling fi jn wilt afstellen.
4
Gebruik de FGHI-knoppen om een gebied
van het kader te kiezen en druk vervolgens op de
OK-knop.
• Bij zoomlenzen kunt op de knop INFO drukken om
te kiezen tussen lange (telefoto) en korte (groothoek)
brandpuntsafstanden.
492 NL
4-5 Camerafuncties aanpassen
Fijn afstellen uitgeschakeld.
Fijn afstellen van de scherpstelling voor alle lenzen.
Sla de waarden voor fi jnafstelling op per lens. De camera kan waarden voor
fi jnafstelling opslaan voor maximaal 20 lenzen. U kunt de scherpstelling
voor individuele lenzen fi jn afstellen in specifi eke gedeelte van het kader.
Voor zoomlenzen kunt u aparte waarden opslaan voor lange en voor korte
brandpuntsafstanden.
(AF-focusaanp.)
AF-beperker
1
AF hulpverl.
2
A3
Gezichtsprio.
Onderwerp volgen
AF-focusaanp.
Terug
Instellen
AF-beperker
1
AF hulpverl.
2
A3
Gezichtsprio.
Onderwerp volgen
Uit
AF-focusaanp.
Std. data
Lensdata
Terug
Instellen
Datalijst
Lensdataset creëren
Terug
Instellen
Terug
Instellen
Uit
Aan
Uit
Uit
Uit
Aan
Uit
Uit